4.3 Het voortplaningsstelsel van een vrouw

4.3 Het voortplantingsstelsel van een vrouw
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, gLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4.3 Het voortplantingsstelsel van een vrouw

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij het voortplantingsstelsel van een vrouw?

Slide 2 - Open vraag

Het orgaan
  • Vanaf de puberteit vindt in de eierstokken de ontwikkeling van de eicellen plaats. 
  • Vanaf 50e ongeveer in de overgang. Na de overgang geen eicellen meer tot ontwikkeling. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Vrouwen hebben een ander geslachtsorgaan dan mannen
A
Waar
B
niet waar

Slide 5 - Quizvraag

Vrouwen en mannen komen in de overgang
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Tijdens de overgang worden er steeds minder eicellen geproduceerd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Ovulatie
  • Eicel komt vrij in de eierstokken. 
  • Ongeveer één keer in de 4 weken. 
  • Ovulatie of eisprong 
  • eierstokken eicel vrij
  • eileiders vervoeren de eicel naar de baarmoeder. 
  • onbevruchte eicel 12 tot 24 uur in leven.
  • menstruatie 

Slide 8 - Tekstslide

De ovulatie wordt ook wel de eisprong genoemd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Wat gebeurt er bij de ovulatie
A
De eicel wordt naar de baarmoeder vervoerd
B
Een eicel komt vrij in de eierstokken
C
De eicel nestelt zich in
D
De eicel komt dan in de eileider terecht

Slide 10 - Quizvraag

Een eicel dat niet wordt bevrucht blijft leven
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag

Bevruchting 
  • Samenkomst eicel en zaadcel.
  • vindt plaats in de eileiders
  • bevruchting = samensmelting kernen 
  • kop van zaadcel dringt de eicel binnen 
  • kop wordt ondoordringbaar voor andere zaadcellen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Bij de bevruchting komt een eicel samen met een zaadcel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Bevruchting vindt plaats in de eileiders
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Als een zaadcel een eicel is binnengedrongen dan kunnen andere zaadcellen er nog bij.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Innesteling
  • Bevruchte eicel gaat delen. 
  • klompje cellen gaat door de eileider naar de baarmoeder. 
  • wand baarmoeder bedekt met spieren en slijm. 
  • klompje cellen zet zich vast in het slijmvlies van de baarmoeder.
  • Innesteling 
  • zwanger - 9 maanden

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Innesteling vindt plaats in de baarmoeder
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Innesteling kan alleen gebeuren als een eicel is bevrucht
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Uitwendig orgaan
  • Clitoris 
  • masturbatie - vingeren
  • kleine schaamlippen 
  • urinebuis 
  • vocht productie door klieren in de schaamlippen
  • wand van de vagina is rekbaar 
  • grote schaamlippen
  • schoon houden 
  • Maagdenvlies 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

De vagina is het gevoelige plekje van de vrouw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

De clitoris is het gevoelige plekje van de vrouw
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quizvraag

Vrouwen plassen door de vagina
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Het masturberen van een vrouw noemen we vingeren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Vrouwen komen vooral klaar door clitorisstimulatie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Maken
Opdracht 9, 10 en 11

Slide 29 - Tekstslide