In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Welkom
Regels:
Telefoon in de telefoontas
Spullen op tafel
Tijdens de uitleg ben je stil
Vraag? Steek je vinger op!
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Korte herhaling paragraaf 5;
Uitleg paragraaf 6;
Nakijken opdrachten paragraaf 5;
Aan de slag met de opdrachten van paragraaf 6.
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik:
het begrip lenen in eigen woorden uitleggen.
de voordelen en nadelen van geld lenen uitleggen.
de totale rente van een lening uit te rekenen.
toelichten hoe inkomsten en uitgaven kunnen veranderen tijdens iemands leven.
Slide 3 - Tekstslide
Wat is rente?
A
aandelen van een bedrijf kopen
B
beloning voor het sparen
C
geld opzij zetten
D
vergoeding voor het lenen van geld
Slide 4 - Quizvraag
Het verschil tussen sparen en lenen is dat
A
Sparen geld kost
B
Lenen geld kost
C
je bij sparen geld uitgeeft
D
je bij een lening niet aflost
Slide 5 - Quizvraag
Wat is aflossen?
A
Een manier om te kunnen werken
B
Je kunt er een huis mee huren
C
Bewaren van een deel van je inkomsten
D
Terugbetalen van geleend geld
Slide 6 - Quizvraag
Noem een voordeel van geld lenen.
Slide 7 - Open vraag
Noem een nadeel van geld lenen.
Slide 8 - Open vraag
Bas leent voor een nieuwe bank € 1800. Hij moet hiervoor 2 jaar elke maand € 80 betalen. Hoeveel rente moet hij totaal betalen over deze lening?
Slide 9 - Open vraag
Beyza wil een nieuwe scooter kopen van €2.250. Ze moet hiervoor 3 jaar elke maand € 68,13 betalen aan de bank. Hoeveel rente betaalt zij totaal betalen voor deze lening?
Slide 10 - Open vraag
Paragraaf 6
Levensloop en veranderende inkomen en uitgaven
Slide 11 - Tekstslide
De levensfasen van een mens
Slide 12 - Tekstslide
Hoe verandert je inkomen en uitgaven gedurende je leven?
Slide 13 - Tekstslide
Jongeren
Tijdens je opleiding kun je er voor kiezen om een bijbaantje te nemen.
Zodra je uitgeleerd bent, ga je aan de slag met je baan en zullen de inkomsten stijgen.
Slide 14 - Tekstslide
Woonruimte
Veel jongeren wonen op kamers als ze werken of studeren.
Als ze willen trouwen of samenwonen willen ze een woning voor zichzelf.
Het inrichten van deze woning kost veel geld.
Slide 15 - Tekstslide
Kinderen
Het krijgen van kinderen is een belangrijke gebeurtenis. Hierdoor kunnen je inkomsten en uitgaven veranderen
Mensen kiezen er soms voor om dan minder te gaan werken of te stoppen met werken.
Je kan ook groter willen wonen en dit kost meer geld.
Slide 16 - Tekstslide
Oudere
Gegeven moment ben je ouder en gaan je kinderen uit huis.
Wat gebeurt met je inkomsten en uitgaven?
Slide 17 - Tekstslide
Pensioen
Tussen de 60 en 70 jaar ga je met pensioen.
Hierdoor veranderen je inkomsten en uitgaven weer.