Oefentoets theorie-examen CHNV

Oefentoets theorie-examen CHNV
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets theorie-examen CHNV

Slide 1 - Tekstslide

Examen
datum: 14-12-2024
- tijdstip
-account gegevens 
- ID
- examenlokaal 

Slide 2 - Tekstslide

Wat moet je leren voor SVT

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

 -Nagelplaat 
- Nageluiteinde 
- Halve maantje
- Nagelwortel 
- Nagelbed 
- Nagelwal 
- Nagelriem 

Anatomie van de nagel 

Slide 5 - Tekstslide

Opbouw nagel
Nagelplaat
Nageluiteinde
Nagelriem
Nagelbed
Nagelmatrix

Slide 6 - Tekstslide

bouw van de nagel
Nagelplaat
het gedeelte van de nagel dat je ziet
Nagelrand
Nageluiteinde: stuk nagelplaat dat buiten het nagelbed uitsteekt. Mensen vijlen de nageluiteinde in verschillende vormen en lengtes.
Nagelwortel
: begin van het nagelbed
Nagelriem
: verhoornde rand die je over de nagelplaat ziet groeien. Om de groei van de
nagel te bevorderen moet je de nagelriem regelmatig van de nagelplaat losmaken en naar
achteren duwen.
Nagelbed:
 zachte weefsel waar de nagelplaat op rust, onderdeel van de lederhuid, rijk aan
bloedvaten en zenuwen.
Nagelwal
: gedeelte dat rond de nagelplaat sluit, bedekt met huidweefsel.
Halve maantje
 : witachtig van kleur en komt onder de nagelriem uit.

Slide 7 - Tekstslide

Oefenen onderdelen nagel
doe de boekcheck: hand nagel en voetverzorging
factcards: bouw van de nagel

Slide 8 - Tekstslide

Anatomie van de nagel 
De nagel bestaat uit diverse onderdelen
  1. Nagelmatrix (is het weefsel waaruit de nagelplaat ontstaat en bestaat uit cellen met keratohyalinekorrels)
  2. Nagelplaat ook wel nagellichaam genoemd, is de zichtbare bovenkant van de nagel (Bestaat uit de hoornlaag, keratinelaag en epitheellaag)
  3. Nagelbed (huid onder de nagelplaat) en ligt in de lederhuid. Het nagelbed bevat bloedvaten en zenuwen. Via het bloed krijgt het nagelbed voedingsstoffen, zodat de nagel kan groeien.
  4. Lunula (Halve maan)  is het bleke gedeelte aan het begin van de nagelplaat.
  5. nagelriem (huidrand die op de nagel aansluit) 
  6. Vrije rand (Gedeelte dat boven de huid uitsteekt) 

Slide 9 - Tekstslide

Doorbloedingsafwijkingen

Slide 10 - Tekstslide

Afwijkingen in bloedvaten 


  •  verstoring in de doorbloeding
  • onbekende oorzaak
  • verkleuring handen en voeten
  • verbeteren doorbloeding
  • pijnlijk/jeuk 
              Perniones (winterhanden of -voeten)

Slide 11 - Tekstslide

Overlangse nagelgroeven door ouderdom 
Witte puntjes in de nagelplaat door stoten.

Slide 12 - Tekstslide

winterhanden/voeten
Wijnvlek
bezemrijs/berkelrijs
rosacea

Slide 13 - Sleepvraag

Nagelafwijkingen

Slide 14 - Tekstslide

Welke nagelafwijking zie je hier
A
Gele nagelplaat
B
Verhoornde nagel
C
Kalknagel
D
Nagelgroeven

Slide 15 - Quizvraag

welke nagelafwijking zie je?
A
bruine nagelplaat
B
schimmelnagel
C
blauwe nagelplaat

Slide 16 - Quizvraag

welke nagelafwijking zie je hier?
A
dunne nagels
B
psoriasis nagels
C
nicotinenagels

Slide 17 - Quizvraag

Welke nagelafwijking zie je?
A
schimmelnagel
B
nagelriemontsteking
C
psoriasis nagel

Slide 18 - Quizvraag

welke nagelafwijking zie je hier?
A
ontstoken nagelriem
B
ingroeiende nagel
C
ingegroeide nagel

Slide 19 - Quizvraag

Welke nagelafwijking zie je?
A
nagelriemontsteking
B
schimmelnagel
C
fijt

Slide 20 - Quizvraag

Schadelijke schimmels
Schimmels kunnen ook schadelijk zijn. Ze kunnen voedsel bederven.
Sommige schimmels veroorzaken ziekten. Bijvoorbeeld zwemmerseczeem. Zwemmerseczeem wordt veroorzaakt door een voetschimmel.

Slide 21 - Tekstslide

Zwemmerseczeem (schimmel)

Slide 22 - Tekstslide

Handschimmel

Slide 23 - Tekstslide


Wat is zwemmerseczeem?
A
Een bacterie op je voet
B
Een kalknagel
C
Een schimmelinfectie op je voet
D
Een schimmelnagel

Slide 24 - Quizvraag

Wat kan je oefenen?
Beautylevel: nagelafwijkingen die je wel mag behandelen

Slide 25 - Tekstslide

scheikundige begrippen
Hoofstuk 4:
Chemie

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Werking van de stoffen

Slide 28 - Tekstslide

De pH-waarde van een base is
A
kleiner dan 7
B
gelijk aan 7
C
groter dan 7

Slide 29 - Quizvraag

PH waarde is de ......
A
droogte van de huid
B
vetgehalte van de huid
C
zuurgraad van de huid

Slide 30 - Quizvraag

Wat is de PH waarde van de huid?
A
4.0
B
5.5
C
6.5
D
7.0

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide