Gebiedende wijs (wk 11, les 3)


Nederlands



juf Hilde

Les 3
9-12-2022

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les


Nederlands



juf Hilde

Les 3
9-12-2022

Slide 1 - Tekstslide

Gebiedende wijs

Slide 2 - Tekstslide

Gebiedende wijs
Sta op!
Loop naar het bord!
Doe het raam dicht!
Doe het raam weer open!
Klap in je handen!
Ga weer zitten!

Slide 3 - Tekstslide

Wanneeer?
- Een bevel
- Een instructie
- Een waarschuwing
- Een verzoek

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Theorie
Gebiedende wijs:

– de persoonsvorm staat vooraan in de zin
– de persoonsvorm staat in de ik-vorm
– er staat geen onderwerp in de zin
– er staat meestal een uitroepteken achter de zin

Slide 6 - Tekstslide

Recept toetje
1. Laat de frambozen 30 minuten ontdooien. 
Snij dan de eierkoeken in kleine stukjes. Doe ze in een kom. 
2. Giet beetje bij beetje de limonadesiroop over de eierkoeken. Klop de slagroom stijf met een mixer of een garde.
3. Maak verschillende laagjes in de glaasjes. Bijvoorbeeld een laagje frambozen, een laagje eierkoek en een laagje slagroom. .
4. Zet het toetje minimaal 1 uur in de koelkast. 

Slide 7 - Tekstslide

In welke zin staat de goede vorm van de gebiedende wijs?

A
Wordt niet boos!
B
Wort niet boos!
C
Wor niet boos!
D
Word niet boos!

Slide 8 - Quizvraag

In welke zin staat de goede vorm van de gebiedende wijs?
A
Bindt dit touw vast!
B
Bint dit touw vast!
C
Bintd dit touw vast!
D
Bind dit touw vast!

Slide 9 - Quizvraag

geven

.... die meneer eens een hand!
A
geven
B
geef
C
gaf
D
geeft

Slide 10 - Quizvraag



........ maar een snoepje.

A
pakken
B
pak
C
pakk
D
pakt

Slide 11 - Quizvraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Je moet opletten hoor!
B
Let op!

Slide 12 - Quizvraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Je mag niet praten!
B
Je moet niet praten.
C
Praat niet tijdens de les!

Slide 13 - Quizvraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Pak die tas eens aan!
B
Die kikker is vies!
C
Jij gemenerik!
D
Goed idee!

Slide 14 - Quizvraag

Welke zin staat in de gebiedende wijs?
A
Maak het eten op smaak met zout en peper.
B
Je moet het eten even op smaak brengen.

Slide 15 - Quizvraag

Bij de gebiedende wijs
schrijf je de ik-vorm.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Zinnen met een gebiedende wijs hebben geen onderwerp.
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Als je een instructie schrijft, gebruik je vaak de gebiedende wijs.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Zet het recept in de gebiedende wijs

Werk samen.

Slide 19 - Tekstslide

Pak je pen en schrift en schrijf op!
Wil je aan de kant gaan?
Strijk jij de was?
Wil je mij even die pen geven?
Proef jij de koekjes?
Haal jij voor mij de boeken op?

Slide 20 - Tekstslide

Vraag

Wil je aan de kant gaan?
Strijk jij de was?
Wil je mij even die pen geven?
Proef jij de koekjes?
Haal jij voor mij de boeken op?
Bevel

Ga aan de kant!
Strijk de was!
Geef mij die pen!
Proef die koekjes!
Haal die boeken op!

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Wanneer?
  • Een bevel
  • Een instructie
  • Een waarschuwing
  • Een verzoek

Slide 23 - Tekstslide

Theorie
Gebiedende wijs:

– De persoonsvorm staat vooraan in de zin.
– De persoonsvorm staat in de ik-vorm.
– Er staat geen onderwerp in (het eerste deel van ) de zin.
– Er staat meestal een uitroepteken achter de zin.

Slide 24 - Tekstslide

Gebiedende wijs
Sta op!
Loop naar het bord!
Doe het raam dicht!
Doe het raam weer open!
Klap in je handen!
Ga weer zitten!

Slide 25 - Tekstslide

Pak de kaartjes
Werk in tweetallen en zet de zinnen in de gebiedende wijs.

Slide 26 - Tekstslide