Samen en toch alleen

Welkom!

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Slide 1 - Tekstslide

LESDOEL:

Aan het einde van de les kunnen de leerlingen het verschil uitleggen tussen alleen zijn en eenzaamheid.
Wat heb je nodig? 
  • Je werkboek
  • pen en papier


PLAN:
  • Herhaling
  • klassikaal bespreking
  • Woordzoeker

TAAK:
Doe actief mee, zorg voor zinvolle inbreng!

Slide 2 - Tekstslide

Samen en toch alleen

Slide 3 - Woordweb

"Verschil tussen alleen zijn en eenzaam voelen?"

Slide 4 - Woordweb

....nooit alleen bent.

Slide 5 - Woordweb

Steek je hand op als je ....

Slide 6 - Woordweb

....denk dat het goed is om af en toe alleen te zijn.

Slide 7 - Woordweb

....denkt dat social media kan helpen tegen eenzaamheid.

Slide 8 - Woordweb

....iemand kent die zich vaak eenzaam voelt.

Slide 9 - Woordweb

Stellingen

Slide 10 - Woordweb

Vandaag gaan we onderzoeken waarom we ons soms alleen voelen en hoe we op een fijne manier met alleen zijn en eenzaamheid om kunnen gaan

Slide 11 - Woordweb

Je ziet een klasgenoot die vaak alleen zit in de pauze.
A
Je gaat naast diegene zitten en begint een gesprek.
B
Je laat diegene met rust omdat je denkt dat hij/zij liever alleen is.

Slide 12 - Quizvraag

Een vriend vertelt je dat hij zich eenzaam voelt.
A
Je vraagt door en biedt steun, bijvoorbeeld door samen iets leuks te doen.
B
Je zegt dat het vanzelf wel overgaat en verandert van onderwerp.

Slide 13 - Quizvraag

Je hebt een drukke dag gehad en voelt je moe.
A
Je kiest ervoor om alleen te zijn en even tot rust te komen.
B
Je zoekt juist gezelschap op om je af te leiden.

Slide 14 - Quizvraag

Je voelt je eenzaam op een vrije avond.
A
Je appt actief iemand om iets te gaan doen.
B
Je wacht af en hoopt dat iemand jou uitnodigt.

Slide 15 - Quizvraag

Je ziet een bekende op straat die er verdrietig uitziet.
A
Je spreekt hem/haar aan en vraagt hoe het gaat.
B
Je loopt door, omdat je denkt dat het niet jouw zaak is.

Slide 16 - Quizvraag

Opdracht
Maak woordzoeker en zoek alle verborgen woorden.

Slide 17 - Tekstslide