Parlement spel
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wie bepaalt welke mensen er in de Tweede Kamer zitten?
A
Wij- door de verkiezingen
B
De koning
C
De ministers
Slide 2 - Quizvraag
Hoe vaak zijn er verkiezingen voor de Tweede Kamer?
A
Elke 2 jaar
B
Elke 4 jaar
C
Elke 6 jaar
Slide 3 - Quizvraag
Hoe noem je een land waarin het volk zelf de mensen kiest door wie het zich wil laten vertegenwoordigen?
A
Dictatuur
B
Parlementaire democratie
C
Vertegenwoordigersland
Slide 4 - Quizvraag
Wat is democratie?
A
Dat één persoon de baas is over het hele land
B
Dat de macht bij het volk ligt
C
Dat niemand macht heeft
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel leden heeft de tweede kamer?
A
150
B
75
C
200
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de taak van de Tweede kamer en de Eerste kamer?
A
De ministers controleren
B
Zorgen dat alle burgers zich netjes gedragen
C
Verkiezingen organiseren
Slide 7 - Quizvraag
Wie beslist er welke vakken verplicht zijn op school?
A
Schooldirectie
B
Gemeenteraad
C
Tweede Kamer
Slide 8 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen een Tweede Kamer en een minister?
A
Een Tweede Kamerlid is gekozen door burgers; een minister niet
B
Een minister bedenkt vaak een wet en de Tweede Kamer bekijkt daarna of ze het een goede wet vindt
C
Zowel antwoord A als antwoord B klopt.
Slide 9 - Quizvraag
Wat gebeurt er als een minister een voorstel heeft voor een nieuwe wet, maar de meerderheid wil die wet niet?
A
De wet komt er toch, want de minister is belangrijker dan de 2e kamer.
B
De wet komt er niet, want een meerderheid van de 2e kamer moet het er mee eens zijn.
C
De wet komt er niet, want zowel ministers als de leden van de 2e kamer moeten de wet goed vinden.
Slide 10 - Quizvraag
Wie beslist of het Nederlandse leger meedoet aan een vredesmissie in een ander land?
A
Europese Unie
B
Tweede Kamer
C
Gemeenteraad
Slide 11 - Quizvraag
Wie bedenken de nieuwe wetten meestal?
A
Leden van de Eerste Kamer
B
Burgers
C
Ministers
Slide 12 - Quizvraag
Wie bepaalt of een nieuwe wet er ook echt komt?
A
Ministers
B
Daar mogen we allemaal over stemmen
C
De leden van de Tweede en Eerste Kamer
Slide 13 - Quizvraag
Zijn ze het in de Tweede Kamer altijd met elkaar eens?
A
Ja, want ze horen allemaal bij elkaar
B
Ja, want ze willen het beste voor ons land
C
Nee, want ze horen bij verschillende partijen
Slide 14 - Quizvraag
Wat doen ze in de Tweede Kamer als sommige partijen wel iets willen en andere niet?
A
Ruzie maken
B
Erover stemmen: de meeste stemmen gelden
C
Net zo lang vergaderen tot ze het met elkaar eens zijn
Slide 15 - Quizvraag
Wat gebeurt er op Prinsjesdag?
A
Dan gaan de prinsen spelletjes doen op tv
B
Dan bezoekt de koning de Eerste en de Tweede kamer
C
Dan leest de koning de plannen van de regering voor het komende jaar
