B1 -Thema 4 Ordening

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

starten met de les

Heb je voor je?

- laptop, mobiel

- tekstboek

Wat gaan we doen?

- Quiz over 4.1 - Ordenen van organismen

- Uitleg Basisstof 4.2 - Bacteriën

Thuis: filmpje kijken Klokhuis + via Magister 

Opdracht 5, 6 en 8

ordening

Ordening in RIJKEN

Organismen kun je indelen in 4 rijken:

- bacterien

- schimmels

- planten

- dieren

ordenen

om te bepalen of een organisme een bacterie, een plant, een dier of een schimmel is:

kijk naar de cellen.

Tekstboek 

Pak bladzijde 99 en kijk naar de tabel als je de volgende vragen beantwoord.

1. Cel 2 is van een schimmel
2. Cel 1 is van een bacterie
3. Cel 3 is van een dier
4. Cel 4 is van een bacterie

De cellen van een appelboom hebben een kern

1. Ja
2. Nee

De cellen van mijn spieren hebben een kern

1. Ja
2. Nee

De cellen van een gele trilzwam hebben een celwand

1. Ja
2. Nee

 RIJKEN

1. Kijk naar de soort cellen:

-zonder celwand en zonder bladgroen: DIEREN

-met celwand en met bladgroen:           PLANTEN

-met celwand, zonder bladgroen: SCHIMMELS of BACTERIËN

Bacteriën

Leerdoel

1.  Je leert dat een bacterie ééncellig is

2. Je leert hoe bacteriën zich voortplanten

3. Je leert op welke manieren bacteriën nuttig kunnen zijn

3. Je leert op welke manieren bacteriën schadelijk kunnen zijn

Het vertakkingsschema: 

even herhalen

Geen celkern

Bacteriën

- geen celkernen wel een celwand. 

- Ze zijn eencellig, dat betekent dat ze uit 1 cel bestaan. 

- Ze zijn zo klein dat je ze met een gewone microscoop alleen als kleine puntjes of streepjes ziet. 

                                          

Voortplanting 

van bacteriën

Bacteriën planten zich voort door te delen.

Hoe ze dat doen?

- Als de omstandigheden gunstig zijn kunnen bacteriën zich elk half uur delen. 

- Er moet dan voedsel en vocht zijn en de temperatuur moet goed zijn. 

De meeste bacteriën voeden zich met resten van dode organismen. 

Zo ruimen bacteriën andere organismen op. 

Het menselijk lichaam telt 10 x meer bacteriën dan cellen.

Het menselijk lichaam telt 10x meer bacterien dan cellen

In de darmen zitten ontzettend veel bacteriën. De meeste zijn nuttig. 

Ze helpen bij het verteren van voedsel.

Door de goede, nuttige bacteriën hebben schadelijke bacteriën geen kans. De nuttige bacteriën beschermen de huid.

In je mond zitten

 25 x meer bacteriën 

dan er mensen op de aarde leven.

Er is een balans tussen nuttige - schadelijke. De schadelijke bacterien zorgen bijv. voor slechte adem, gaatjes en tandvleesontstekingen.

Voedsel maken

Bacteriën kunnen een rol hebben bij het maken van voedsel.

Die speciale bacteriën worden gebruikt bij het maken van voedingsmiddelen

Schadelijke bacteriën

Vlees, vis, fruit en groenten worden ook door bacteriën gegeten. 

Het voedsel gaat daardoor bederven.

Van bedorven voedsel kunnen we ziek worden.

Een huisarts kan bij een bacteriële infectie een antibioticum voorschrijven, dat dood de schadelijke bacteriën.

Een voorbeeld is penicilline.

longontsteking

blaasontsteking