Hele uren => gebruik je “o’clock”
Het is 7 uur => It’s 7 o’clock
• Half uur => half past
Het is half 4 => It’s half past 3
(Je kijkt terug in de tijd => naar 3 uur)
• kwartier over / voor => quarter past / to
Het is kwart over 9 => It’s a quarter past nine
Het is kwart voor 9 => It’s a quater to nine
Minuten => letterlijk zeggen
Wij zeggen: het is 5 voor half 4
Engelsen zeggen: it's 25 (minutes) past 3.