Actief luisteren - les 4

Observeren
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

Observeren

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen waarnemen en observeren?

Slide 2 - Open vraag

Observeren
Observeren is doelgericht: dat wil zeggen dat je voordat je gaat observeren bedenkt waar je naar wilt kijken en waarom.

Observeren is systematisch: dat wil zeggen dat je al voordat je gaat observeren bedenkt op welke manier je je informatie gaat verzamelen, volgens welk plan.

En dan? Observatiegegevens > behandelplan

Slide 3 - Tekstslide

Waarnemen

Je bent met je vriendinnen op een mooie zomerdag aan het chillen op het terras. Je kijkt naar de mensen die voorbij komen, ondertussen klets je met je vriendinnen over koetjes en kalfjes. Het valt je op dat veel vrouwelijke voorbijgangers bloemetjesjurken dragen.
Observeren

Je zou vooraf bedacht hebben wáár je gaat zitten, wat je zou willen weten, wat je observatievraag zou zijn, hoe lang de observatie zou duren, je zou een notitieblok meehebben om te kunnen turven.

Bijvoorbeeld: Hoeveel vrouwen met een bloemetjesjurk komen er tussen 13.00 en 14.00 uur voorbij lopen?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Je observeert...:
  • als je signalen krijgt dat iets mis is
  • als je vragen hebt hoe te handelen
  • als er problemen zijn
  • als je iemand beter wilt leren kennen
  • als je over iemand rapporteert
  • als je van een andere discipline een observatievraag krijgt 

Slide 6 - Tekstslide

Een observatieplan
  • de aanleiding voor de observatie
  • wie je observeert en met welk doel
  • de vragen die je beantwoord wilt zien
  • de persoonlijke gegevens van de geobserveerde
  • hoe en welke hulpmiddelen je evt. gebruikt
  • de plaats, situatie, data, tijdstippen en uitvoerders
  • hoe de resultaten worden verwerkt
  • met wie je de resultaten gaat delen 

Slide 7 - Tekstslide

Stappenplan Professioneel observeren
  1. Bepaal doel
  2. Kies methode
  3. Kies hulpmiddel
  4. Maak een observatieplan
  5. Informeer evt. cliënt/kind/ouders
  6. Observeer
  7. Rapporteer


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

"Observeren is een doelgerichte en systematische waarneming van gedragingen en uitingen van één of meer personen of van een gebeurtenis met de bedoeling de waarnemingen te beschrijven en samen te vatten".

Observeren is dus het verzamelen van feitelijke informatie. Informatie die je kunt waarnemen.

Slide 11 - Tekstslide

Het gebruik van je zintuigen
Observeren gaat over feiten zo objectief mogelijk weergeven.
Kijk uit voor aanduidingen zoals 'mevrouw is moe' wanneer je  iemand met haar ogen dicht ziet zitten. Feiten gaan over waarneembaar gedrag, duur, frequentie enzovoort.

Kijken, luisteren, tast, reuk wordt het meest gebruikt binnen professionele observaties. Voorbeelden? 

Slide 12 - Tekstslide

Oefening
Observeer Kees uit Het beste voor Kees en beschrijf op een post-it of papiertje feitelijke waarnemingen van Kees.

Na het fimpje bespreken we de uitkomsten.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Aan de slag
Lezen: Voorbereiding: Het belang van observeren, oma thuislaten en Anna meenemen.
Uitvoeren: Verdieping: Oma thuislaten en Anna meenemen.
1. Observator
2. VP/VZ
3. Zorgvrager

Slide 15 - Tekstslide