4Havo herhaling ww Chapitre 1
Hoe ziet het ww schema eruit? Zie bord.
A
A
B
C
C
B
D
D
1 / 12
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Hoe ziet het ww schema eruit? Zie bord.
A
A
B
C
C
B
D
D
Slide 1 - Quizvraag
Je gebruikt twee werkwoorden bij ...
A
de conditionnel
B
de passé composé
C
de passé composé, futur en conditionnel
D
de imparfait
Slide 2 - Quizvraag
Sleep de onderwerpen naar het juiste pers. vnw. onderwerp dat erbij hoort.
je
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
Léa et moi
la prof
mes copines
les Bleus
Maik et Lucie
l'ordinateur
Slide 3 - Sleepvraag
PRÉSENT
Werkwoorden op -er
Werkwoorden op -ir
Werkwoorden op -re
Uitgangen:
-e, -es, -e, -ent
Uitgangen:
-s, -s, ..., -ent
Uitgangen:
-is, -is, -it, , -issent
Slide 4 - Sleepvraag
Présent werkwoorden op -re. Sleep de vervoegingen van het werkwoord naar de juiste persoon.
je
tu
il / elle / on
nous
vous
ils / elles
vends
vendez
vendons
vendent
vend
vends
Slide 5 - Sleepvraag
Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?
-ER
-IR
-RE
timer
1:00
-ER
-IR
-RE
-e
-es
-e
-ons
-ez
-ent
-is
-is
-it
-issons
-issez
-issent
-s
-s
- -
-ons
-ez
-ent
Slide 6 - Sleepvraag
Welke uitgangen horen bij welke groep werkwoorden?
-RE
timer
2:00
tu
je
il/elle
vous
ils/
elles
nous
adores
demandons
entrent
aime
trouve
déteste
préparons
aidez
voyagent
marche
travaillons
parles
restez
cherchent
rentrez
regardes
Slide 7 - Sleepvraag
Het hulpww bij de pc is in het Frans...
A
meestal een vorm van être, soms van avoir
B
meestal een vorm van avoir, soms van être
C
even vaak een vorm van être als avoir
D
een vorm van avoir, être of aller
Slide 8 - Quizvraag
Regelmatige werkwoorden -er
Regelmatige werkwoorden -ir
Regelmatige werkwoorden -re
Vorming van het voltooid deelwoord
stam + i
stam + u
stam + é
Slide 9 - Sleepvraag
Het volt.dw. van être is ...
A
est
B
était
C
été
D
eu
Slide 10 - Quizvraag
Het volt.dw. van faire is...
A
fairé
B
fais
C
font
D
fait
Slide 11 - Quizvraag
Deze ww worden allemaal met het hww avoir vervoegd:
A
avoir, être, aller, faire, commencer
B
avoir, aller, faire, commencer
C
être, faire, aller
D
avoir, être, faire, commencer
