Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
werkwoordspelling 't ex-kofschip
Wat is het hele werkwoord van: geweest
A
ben
B
zijn
C
worden
1 / 35
volgende
Slide 1:
Quizvraag
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
In deze les zitten
35 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wat is het hele werkwoord van: geweest
A
ben
B
zijn
C
worden
Slide 1 - Quizvraag
Werkwoordspelling
Om een werkwoord goed te kunnen schrijven, moet je weten wat de
stam
van het werkwoord is ?
Hoe vind je de stam?
Slide 2 - Tekstslide
Werkwoordspelling
Wat gaan we doen vandaag?
Persoonsvorm in de verleden tijd
Wat hebben vorige les gedaan?
Slide 3 - Tekstslide
Werkwoordspelling
Het Nederlands heeft sterke en zwakke werkwoorden.
Sterke werkwoorden veranderen van klank in de v.t.; je schrijft ze kort mogelijk op.
De
stam
van het werkwoord vind je door -
en
van het hele werkwoord te halen. lopen=lop
sparen=spar
vinden=vind
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Persoonsvorm verleden tijd
• Sterke en zwakke werkwoorden.
• Sterke werkwoorden: je kunt de spelling horen.
• Zwakke werkwoorden: 't ex-kofschip.
Slide 7 - Tekstslide
't ex-Kofschip (zwakke werkwoorden)
Stam van het werkwoord: fiets
en
- fiets / werk
en
- werk
Laatste letter van de stam staat
wel
in 't ex Kofschip, dan
te (n)
Laatste letter van de stam staat
niet
in 't ex Kofschip, dan
de (n)
Slide 8 - Tekstslide
let op!
verbazen-> stam= verbaz-
-z
niet
in '"t kofschip" dus -> +d
ik verbaasde(n)
doven-> stam = dov-
-v
niet
in "t kofschip" dus ->
hij doofde(n)
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeeld
Persoonsvorm:
rennen
Stam:
re
n
Staat de 'n' in 't ex-kofschip?
Nee, dus:
ren
de(n)
Slide 10 - Tekstslide
Hulpmiddeltje
‘T (x) KoFSCHiP
Staat de laatste letter van de stam in ‘t (x)kofschip, dan schrijf je aan het eind een –t-, staat die er niet in, dan schrijf je een –d- aan het eind.
Het gaat om de medeklinkers.
Slide 11 - Tekstslide
Voorbeeld
Hij
(vrezen)
voor zijn leven.
vrezen -> -en = vrez
De -z- staat niet in 't ex-kofschip dus
vreesde.
Slide 12 - Tekstslide
't ex-kofschip
Om te bepalen of een zwak werkwoord in de verleden tijd -
te
of -
de
krijgt, neem je het hele werkwoord
min -en.
Eindigt het werkwoord (min-en) op een van de medeklinkers van 't ex-kofschip dan krijg je +te in de verleden tijd.
Slide 13 - Tekstslide
Voorbeelden
Hij (
beloven)
mij het niet meer te doen.
beloven -> -en =
belov
De -v- staat niet in 't ex-kofschip dus
beloofde.
Slide 14 - Tekstslide
Voorbeelden
Hij (
beloven)
mij het niet meer te doen.
beloven -> -en =
belov
De -v- staat niet in 't ex-kofschip dus
beloofde.
Slide 15 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het eind van deze les kan je:
- vertellen hoe je de stam van een werkwoord vindt
- kan je vertellen wanneer een werkwoord geen -t erbij krijgt
-kan je het gebruik van "t ex- kofschip" toepassen.
Slide 16 - Tekstslide
Voorbeeld
Persoonsvorm:
spelen
Stam:
spel
Staat de 'l' in 't ex-kofschip?
Nee, dus: speel
de(n)
Slide 17 - Tekstslide
Voorbeeld
Persoonsvorm:
juichen
Stam:
juic
h
Staat de 'h' in 't ex-kofschip?
Ja, dus:
juich
te(n)
Slide 18 - Tekstslide
Wat is afbakenen?
A
dan zet je een hek om je stuk gras
B
dan geef je een rand aan tot waar je het gras wil hebben
C
dat doe je in de oven
D
dan weet je waar je moet grasmaaien
Slide 19 - Quizvraag
Afgelopen weken (besteden) we veel tijd aan werkwoordspelling
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden
Slide 20 - Quizvraag
Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
Slide 21 - Quizvraag
Is praten een sterk of zwak werkwoord?
A
sterk
B
zwak
Slide 22 - Quizvraag
Welk woord is werkwoord?
A
Mens
B
Brommer
C
Doen
D
Telefoon
Slide 23 - Quizvraag
Is zoeken een sterk of zwak werkwoord?
A
sterk
B
zwak
Slide 24 - Quizvraag
1. Wat is een zwak werkwoord?
A
een werkwoord dat niet van klank verandert in de verleden tijd
B
een werkwoord dat wel van klank verandert in de verleden tijd
C
een werkwoord dat wel van klank verandert in de tegenwoordige tijd
D
een werkwoord dat niet van klank verandert in de tegenwoordige tijd
Slide 25 - Quizvraag
Hij heeft niets gezegd
Gezegd is..
A
Heel werkwoord
B
Persoonsvorm
C
Voltooid deelwoord
Slide 26 - Quizvraag
Wat is de stam van het werkwoord VERHUIZEN?
A
verhuis
B
verhuiz
Slide 27 - Quizvraag
Kies het juiste werkwoord:
"De directeur ... het gebouw."
A
verlaadt
B
verlaad
C
verlaat
Slide 28 - Quizvraag
Vervoeg het werkwoord verbreden in de vt: Ik .... de weg
A
verbrede
B
verbreedde
C
verbreede
D
verbredde
Slide 29 - Quizvraag
3. De stam van het werkwoord schroeven is
A
schroef
B
schroev
C
schroeff
D
schroevv
Slide 30 - Quizvraag
Vul de juiste vorm van het werkwoord in
Ik geloof niet wat er hier (gebeuren)
A
gebeurt
B
gebeurd
C
gebeurdt
D
gebeurtd
Slide 31 - Quizvraag
Ik ga morgen wandelen
Wandelen is..
A
Persoonsvorm
B
Heel werkwoord
C
Voltooid deelwoord
Slide 32 - Quizvraag
Kiezen
Twee opdrachten
opdracht 1 Goede voornemens
opdracht 2 Terugblik 2023
Slide 33 - Tekstslide
In Duo's
Driekus+Arie Eangelyn+Tyno
Mark+Mylan Lars+Bo
Nadia+Dylan Diego+Beau
Jayden+Ties
Mehran+Daan
Slide 34 - Tekstslide
Wat is het hele werkwoord bij ....
beschermden
A
beschermen
B
beschermt
C
beschermde
D
beschiermen
Slide 35 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Proefles o.v.t. zwakke en sterke werkwoorden, 1F
April 2018
- Les met
27 slides
door
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo
werkwoordspelling kofschip
November 2021
- Les met
43 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Omnia college NE klas 1 werkwoordspelling kofschip
Oktober 2017
- Les met
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Spelling persoonsvorm in de vt
Juni 2019
- Les met
25 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Spelling verleden tijd
Maart 2023
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Omnia college NE klas 1 werkwoordspelling kofschip
April 2017
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Nederlands blok 2 spelling havo/vwo 1
November 2022
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Spelling verleden tijd
Mei 2023
- Les met
29 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1