In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Snelheid berekenen
Hoe snel ga je eigenlijk?
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Herkansing of bonus punt?
4.1 Waar ging het ook al weer over?
Formule driehoek
Oefenopdracht berekenen
Snelheid omrekenen
Slide 2 - Tekstslide
Herkansing of bonus punt
Argumenten voor
Argumenten tegen
Stemmen.
Slide 3 - Tekstslide
4.1 herhaling
Quiz over de onderwerpen van 4.1
Pak je device en doe mee, 20 seconden per vraag, de winnaar krijgt morgen een chocoladereep naar keuze.
Slide 4 - Tekstslide
Waar heeft snelheid mee te maken?
A
De tijd
B
De afstand
C
Beide
Slide 5 - Quizvraag
Welke afstand leg je ongeveer af in 1 seconden wandelen?
A
0,1 meter
B
1 meter
C
10 meter
D
100 meter
Slide 6 - Quizvraag
Welke afstand legt een auto af op de snelweg in 1 uur?
A
10 km
B
50 km
C
100 km
D
250 km
Slide 7 - Quizvraag
Als je met constante snelheid rijdt is jouw snelheid altijd even groot.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Formule driehoek
Om snelheid te berekenen kan je de verhoudingstabel gebruiken. Maar je kan ook de formule driehoek gebruiken.
Dek af wat je wil berekenen en wat er dan nog staat is de formule.
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 9 - Tekstslide
Oefenopdracht
Tijdens een schoolexcursie fietsen we van school naar het Plaswijckpark. Met z'n allen hebben we een gemiddelde snelheid van 12 km/h. De afstand is 3 km. Hoe lang doen we er samen over?
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 10 - Tekstslide
Oefenopdracht
Stap 1. Gevraagd.
Stap 2. Gegevens.
Stap 3. Formule.
Stap 4. Berekenen.
1.
2.
3.
4.
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 11 - Tekstslide
Oefenopdracht
Tijdens een schoolexcursie fietsen we van school naar het Plaswijckpark. Met z'n allen hebben we een gemiddelde snelheid van 12 km/h. De afstand is 3 km. Hoe lang doen we er samen over?
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 12 - Tekstslide
Oefenopdracht
Stap 1. Gevraagd.
Stap 2. Gegevens.
Stap 3. Formule.
Stap 4. Berekenen.
1. Hoe lang duurt het?
2.
3.
4.
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 13 - Tekstslide
Oefenopdracht
Tijdens een schoolexcursie fietsen we van school naar het Plaswijckpark. Met z'n allen hebben we een gemiddelde snelheid van 12 km/h. De afstand is 3 km. Hoe lang doen we er samen over?
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 14 - Tekstslide
Oefenopdracht
Stap 1. Gevraagd.
Stap 2. Gegevens.
Stap 3. Formule.
Stap 4. Berekenen.
1. Hoe lang duurt het?
2. s = 3 km. v = 12 km/h
3.
4.
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 15 - Tekstslide
Oefenopdracht
Stap 1. Gevraagd.
Stap 2. Gegevens.
Stap 3. Formule.
Stap 4. Berekenen.
1. Hoe lang duurt het?
2. s = 3 km. v = 12 km/h
3. t = s / v
4.
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 16 - Tekstslide
Oefenopdracht
Stap 1. Gevraagd.
Stap 2. Gegevens.
Stap 3. Formule.
Stap 4. Berekenen.
1. Hoe lang duurt het?
2. s = 3 km. v = 12 km/h
3. t = s / v
4. t = 3 / 12 = 0,25 uur = 15 min
s = afstand
v = snelheid
t = tijd
Slide 17 - Tekstslide
Snelheid omrekenen
Soms is het handiger om te weten hoe ver iets in een uur gaat. Soms is het handiger om te weten hoe ver iets in een seconde gaat.
Dit kunnen we omrekenen:
Slide 18 - Tekstslide
Uitleg video
https://www.youtube.com/watch?v=_xNXqAO9LR0
Slide 19 - Tekstslide
Quiz vervolg
Pak je device er weer bij, de quiz gaat door
Slide 20 - Tekstslide
In de formule voor snelheid, wat betekend de s?
A
snelheid
B
afstand
C
seconde
D
tijd
Slide 21 - Quizvraag
Welk getal moet je mee vermenigvuldigen of delen om snelheid om te rekenen?
A
1,6
B
3,6
C
6,3
D
10
Slide 22 - Quizvraag
Als je de snelheid in km/h wil weten moet je zorgen dat de afstand staat in..
A
kilometers
B
meters
C
centimeters
Slide 23 - Quizvraag
Als je 2 uur lang met een snelheid van 8 km/h rijdt leg je in totaal zoveel km af:
A
8
B
10
C
16
D
18
Slide 24 - Quizvraag
Gefeliciteerd!
De winnaar krijgt morgen een chocoladereep naar keuze.