Oefenen Beenderstelsel

oefenen beenderstelsel
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
uiterlijke verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

oefenen beenderstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem een functie van het beenderstelsel

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Functies beenderstelsel
Botten = Beenderen           Skelet = Beenderstelsel
Functies beenderstelsel:
  • Vorm en steun
  • Beschermen belangrijke organen
  • Zorgt voor beweging = Passief bewegen
  • Aanhechting spieren
  • Aanmaken bloedcellen
  • Opslag calciumzouten

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anatomische termen
Centraal = in het midden gelegen
Perifeer = aan de rand gelegen
Distaal = van de romp af
proximaal = naar de romp toe gelegen
Lateraal = aan de buitenzijde gelegen
Mediaal = aan de binnenzijde gelegen
Ventraal = aan de buikzijde (voorkant) gelegen
Dorsaal = aan de rugzijde (achterkant) gelegen
Palmair = aan de handpalmzijde gelegen
Plantair = aan de voetzoolzijdegelegen

Slide 4 - Tekstslide

Beschrijven hoe verschillende organen en structuren ten opzichte van elkaar liggen.

Anatomische stand = rechtopstaand, voeten licht gespreid, tenen wijzen naar voren, armen hangen naar beneden, handpalmen zijn naar voren gericht. 
Aan de buitenzijde gelegen is:
A
Lateraal
B
Perifeer
C
Mediaal
D
Centraal

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan de onderzijde van de voet noemt men:
A
Palmair
B
dorsaal
C
Plantair

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De rugzijde van de hand heet :
A
Palmair
B
Dorsaal

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ver van de romp af heet...
en aan de rand gelegen heet ..
A
Distaal en Perifeer
B
Perifeer en Proximaal
C
Distaal en Centraal

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

pijpbeenderen
Platte beenderen
Sesambeentjes
Onregelmatige beenderen
Ribben, borstbeen, schouderblad
handwortelbeentjes, voetwortelbeentjes, wervels 
Het kleinste handwortelbeentje, knieschijf 
dijbeen, opperarmbeen, vingerkootjes

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zadelgewricht
Rolgewricht
eigewricht
draaigewricht
kogelgewricht
Scharniergewricht
Kniegewricht
ellebooggewricht
vingerkootjes onderling
verbinding spaakbeen met ellepijp
verbinding bovenste halswervel (atlas)  met tweede halswervel (draaier)
schoudergewricht, heupgewricht
verbinding tussen middenhandsbeetjes en vingers, verbinding tussen atlas en gewrichtsvlakjes achterhoofd.
verbinding van de duim met de handwortel

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies