H3 Ademhaling deel 2

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de namen van de onderdelen van het ademhalingsstelsel noemen en bij afbeeldingen aanwijzen.
  • Je kunt de functies en/of werking van de verschillende onderdelen van het ademhalingsstelsel beschrijven.
  • Je kunt in je eigen woorden beschrijven hoe het ademhalingsstelsel ervoor zorgt dat de longen schoon blijven.
  • Je kunt uitleggen wat diffusie en vitale capaciteit betekenen en deze begrippen toepassen in ademhalingssituaties.

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom er zuurstof uit de lucht naar het bloed gaat en koolstofdioxide in omgekeerde richting.
  • Je kunt uitleggen waarom neusademhaling gezonder is dan mondademhaling.
  • Je kunt beschrijven hoe borstademhaling en buikademhaling werken en de processen die daarbij plaatsvinden in de juiste volgorde plaatsen.
  • Je kunt de grootte van het longoppervlak berekenen.
  • Je kunt onderzoeken en berekenen hoeveel zuurstof je inademt per minuut berekenen.

Slide 3 - Tekstslide

Instromende lucht in de longblaasjes...
A
Bevat weinig O2, bevat veel CO2
B
Bevat veel O2, bevat veel CO2
C
Bevat weinig O2 bevat veel CO2
D
Bevat veel O2, bevat weinig CO2

Slide 4 - Quizvraag

Bloed dat naar de longblaasjes toestroomt...
A
Bevat weinig O2, bevat veel CO2
B
Bevat weinig O2, bevat weinig CO2
C
Bevat veel O2, bevat veel CO2
D
Bevat veel O2, bevat weinig CO2

Slide 5 - Quizvraag

1: Neusademhaling:
Meer kans op waarschuwing bij schadelijke gassen

2. Binnenstromende lucht blijft droog bij een
mondademhaling
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
waar nietwaar
D
nietwaar waar

Slide 6 - Quizvraag

In welke stand staat de huig bij ademhalen?
En het strotklepje?
A
huig 1, strotklepje 1
B
huig 1, strotklepje 2
C
huig 2, strotklepje 1
D
huig 2, strotklepje 2

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet nummer 10?
A
Huig
B
Strotklepje

Slide 8 - Quizvraag

2 soorten ademhaling
  • Ribademhaling = borstademhaling: spieren tussen je ribben trekken samen

  • Middenrifademhaling = buikademhaling: spieren aan de onderkant van je middenrif trekken samen

Slide 9 - Tekstslide

Borstademhaling
  • Ribben, de zwaartekracht en de tussenribspieren
  • De spieren zorgen voor de beweging
  • Inademen: binnenste tussenribspieren de ribben omhoog
  • Uitademen: de zwaartekracht
  • Extra diep uitademen: de buitenste tussenribspieren de ribben omlaag


Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Buikademhaling

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Borst- en buikademhaling
Borstademhaling:
Inademen:
- borst en ribben omhoog
- longen worden groter

Uitademen:
- borst en ribben omlaag
- longen worden kleiner

Buikademhaling:
Inademen:
- middenrif omlaag
- longen worden groter

Uitademen:
- middenrif omhoog
- longen worden kleiner

Slide 14 - Tekstslide

Longblaasjes kunnen gemakkelijk beschadigen of uitdrogen. Lucht wordt daarom schoon en vochtig gemaakt door:

- Neusharen: houden stofdeeltjes tegen.
- Slijmcellen aan de binnenkant van neusholte, luchtpijp en bronchiën.
- Trilhaartjes in slijmvlies van luchtpijp en bronchiën. 

Slide 15 - Tekstslide

Spirometer

Slide 16 - Tekstslide

Zet in de juiste volgorde van inademing:
Luchtdruk in de longen lager
Middenrifspieren trekken samen
Buitenlucht stroomt naar binnen
Ribben omhoog
Borstholte en longen groter

Slide 17 - Sleepvraag

Ribademhaling heet ook wel
A
Middenrifademhaling
B
Borstademhaling

Slide 18 - Quizvraag

Waarbij hoort de volgende waarneming:
"De tussenribspieren trekken samen."
A
Inademing bij borstademhaling
B
Uitademing bij borstademhaling
C
Inademing bij buikademhaling
D
Uitademing bij buikademhaling

Slide 19 - Quizvraag

De borstademhaling begint met
A
samentrekken tussenribspieren
B
samentrekken middenrif
C
luchtdruk daling in de longen
D
vergroting van de longen

Slide 20 - Quizvraag

Evaluatie leerdoelen
  • gJe kunt de namen van de onderdelen van het ademhalingsstelsel noemen en bij afbeeldingen aanwijzen.
  • Je kunt de functies en/of werking van de verschillende onderdelen van het ademhalingsstelsel beschrijven.
  • Je kunt in je eigen woorden beschrijven hoe het ademhalingsstelsel ervoor zorgt dat de longen schoon blijven.
  • Je kunt uitleggen wat diffusie en vitale capaciteit betekenen en deze begrippen toepassen in ademhalingssituaties.

Slide 21 - Tekstslide

Evaluatie Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen waarom er zuurstof uit de lucht naar het bloed gaat en koolstofdioxide in omgekeerde richting.
  • Je kunt uitleggen waarom neusademhaling gezonder is dan mondademhaling.
  • Je kunt beschrijven hoe borstademhaling en buikademhaling werken en de processen die daarbij plaatsvinden in de juiste volgorde plaatsen.
  • Je kunt de grootte van het longoppervlak berekenen.
  • Je kunt onderzoeken en berekenen hoeveel zuurstof je inademt per minuut berekenen.

Slide 22 - Tekstslide