In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
We starten de les met een opfrisser
Wat is de regel?
Slide 2 - Tekstslide
Maar eerst frissen we onze kennis op!
schrijf zoveel mogelijk Kilowoorden op.
Slide 3 - Woordweb
Nu een dictee van 5 kilo woorden.
Pak je dictee-schrift voor je!
Slide 4 - Tekstslide
kijk goed na
Microfoon
visite
auditie
inspiratie
imiteren
Slide 5 - Tekstslide
nu nog 2 klankgroep woorden:
Slide 6 - Tekstslide
kijk goed na
chemie
principiële
Slide 7 - Tekstslide
Doel
Aan het einde van de les weet ik welke stappen ik toe moet passen bij het schrijven van de verleden tijd en de voltooide tijd van klankvaste werkwoorden met -ven.
Slide 8 - Tekstslide
Zet het onderstaande in de verleden tijd (denk aan 't kofschip-x).
De toestand verbetert.
Slide 9 - Open vraag
Zet het onderstaande in de voltooide tijd (denk aan 't kofschip-x).
De toestand verbetert.
Slide 10 - Open vraag
Zet het onderstaande in de verleden tijd (denk aan 't kofschip-x).
Mijn hart bonst.
Slide 11 - Open vraag
Zet het onderstaande in de voltooide tijd (denk aan 't kofschip-x).
Mijn hart bonst.
Slide 12 - Open vraag
Zet het onderstaande in de voltooide tijd (denk aan 't kofschip-x).
Het verbaast me.
Slide 13 - Open vraag
Instructie
Als je klankvaste werkwoorden in de verleden tijd zet gebruik je de volgende stappen:
1: de stam
2: hele werkwoord - en
3: laatste letter in 't kofschip -x
4: stam + de(n) of + te(n).
Slide 14 - Tekstslide
Instructie
Werkwoorden in de voltooide tijd: Er komt altijd een hulp werkwoord bij.
- Maak het woord langer en je hoort de of te...
- gebruik ' t kofschip-x
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Wat is hetzelfde als de stam?
A
ik-vorm
B
hele werkwoord - en.
Slide 17 - Quizvraag
Staat de laatste letter in 't kofschip-x dan doe ik:
A
stam + te(n)
B
stam + de(n)
Slide 18 - Quizvraag
Verleden tijd van geloven stap 1: Wat is de stam van geloven?
A
geloof
B
gelov
C
geloof
Slide 19 - Quizvraag
Verleden tijd van geloven. Stap 2: Wat is de laatste letter van het hele werkwoord -en?
A
f
B
v
Slide 20 - Quizvraag
Verleden tijd van geloven. Stap 3: staat deze letter in 't kofschip-x?
A
ja
B
nee
Slide 21 - Quizvraag
De verleden tijd van geloven is dus: ik ......
Slide 22 - Open vraag
Wat is de voltooide tijd van geloven?
A
Ik heb geloovd
B
Ik geloovde
C
Ik heb geloofd
D
Ik geloofde
Slide 23 - Quizvraag
Dictee
Blok 5
Week 3
Les 1
Slide 24 - Tekstslide
Nakijken
onmiddellijk
de bouillon
China
Ik stoofde het vlees.
Benno zegt: 'Ik bereid oma's satésaus, want die is zo lekker'.
Zij zijn van Zuid-Thailand naar Indonesië gereisd.