Kinderen gaan zitten. Zitten achterstevoren, praten, jassen aan. Spullen op tafel. Je start met je les. Drie leerlingen doen mee. Je deelt waarschuwingen uit, klas blijft onrustig. Kinderen praten, sommigen zitten omgedraaid. Je geeft uitleg en raakt gefrustreerd. Waarschuwt opnieuw. Uiteindelijk word je boos en schreeuwt tegen de klas.