1.2 het planten rijk blokuur

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

welkom

Ga rustig zitten

en pak je spullen er bij

lesdoel

1. je kan 4 onderdelen van een planten cel benoemen.
2. je kan van 2 cel onderdelen de functie benoemen.
3. je kan het verschil uitleggen tussen een kruidachtige en houtachtige plant.
4. je kan benoemen hoe een dier is opgebouwd

wat gaan we doen?

huiswerk bespreken

aan de slag

opdrachten bespreken/ uitleg

aan de slag

pauze

opdrachten bespreken

stukje theorie

huiswerk

oefen vragen

afsluiting

huiswerk bespreken

heb je het gemaakt?

opdracht 1 tot en met 10 vanaf blz 19 tot 23

welke gaan we bespreken?

2,3,9

aan de slag

opdracht 11 en 12 

blz 23 en 24

klaar?

lees blz 24 door

en maak 13 en 14 blz 25

na bespreken

opdracht 11 blz 23

houtachtigen

houtcellen hebben in de celwand veel houtstof.

cellen gaan dood, maar blijven wel stevig.

aan de slag

opdracht 13 tot en met 17

tot dat de bel gaat

even ontspannen

5 min, zorg niet voor overlast wees op tijd weer terug

opdrachten bespreken

opdracht 13 en 14 blz 25

het dieren rijk

verschillende weefsels

wat is een weefsel? hoe zien die er uit?

kijk mee op blz 29

hoe is een dier opgebouwd?

hoe is een dier opgebouwd

cel -> weefsel-> orgaan-> orgaanstelsel-> organisme

huiswerk

1 tot en met 9

 blz 27t/m 30

(en zorg dat paragraaf 1.2 af is)

na bespreken

opdracht 3 en 6

Hoe noemen we het indelen van organismen?

1. Kenmerken
2. Vertakkingsschema
3. Celkern
4. ordening

In welke vier rijken kunnen we de organismen indelen?

1. insecten, wormen, zoogdieren enplanten
2. planten, zoogdieren, schimmels en bacteriën
3. planten, schimmels, bacteriën en dieren
4. dieren, schimmels, reptielen en bacteriën

Als we kijken naar de celkenmerken kunnen we organismen indelen in vier rijken; bacteriën, schimmels, planten en dieren

1. waar
2. niet waar

Horen de SPONZEN bij het plantenrijk of bij het dierenrijk?

1. Plantenrijk
2. Dierenrijk

Op basis van wat gaan we bij Biologie alle organismen ordenen?

1. Hoe groot dieren zijn
2. Op kleur
3. Bepaalde kenmerken
4. leeftijd

Een plantencel heeft geen celkern

1. Juist
2. Onjuist

Wat is een weefsel

1. Cellen in verschillende organen met een vorm en functie
2. de cellen in een orgaan
3. Een groep cellen met dezelfde vorm en functie

Een plantencel bevat bladgroenkorrels.

1. Ja
2. Nee

lesdoel

1. je kan 4 onderdelen van een planten cel benoemen.
2. je kan van 2 cel onderdelen de functie benoemen.
3. je kan het verschil uitleggen tussen een kruidachtige en houtachtige plant.
4. je kan benoemen hoe een dier is opgebouwd

je kan 4 onderdelen van een planten cel benoemen.
je kan van 2 cel onderdelen de functie benoemen.
je kan het verschil uitleggen tussen een kruidachtige en houtachtige plant.
je kan benoemen hoe een dier is opgebouwd

04