Past Simple - Present Perfect

Past Simple - Present Perfect
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Past Simple - Present Perfect

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple - Present Perfect
they drew
they have drawn
she taught
she has taught
we sang
we have sung
my dog bit
my dog has bitten
he danced
he has danced

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

            
     PAST SIMPLE            PRESENT PERFECT

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple
gebruik / vorm / ezelsbruggetje

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

past simple: bevestigen
- Gebruik:
   - verleden
> helemaal voorbij
   - je weet wanneer het gebeurde
   - het is afgesloten / afgerond

- Vorm:
    - regelmatige werkwoorden + ed
    - onregelmatige werkwoorden > 2e rijtje




Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

past simple: vragen en ontkennen

- Vorm:

    - Did + hele werkwoord
      

- Vorm:
    - didn't (did not) + hele werkwoord



Vragen:
Ontkennen:

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

past simple: ezelsbruggetje

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

past simple: ezelsbruggetje
Waldy

When, Ago, Last ... , Days/Dates, Yesterday/Year

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple of
to work?
A
works
B
worked
C
working

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple of
to see?
A
saw
B
seen
C
see
D
seed

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect
gebruik / vorm / ezelsbruggetje

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

present perfect: gebruik en vorm
- Gebruik:
   - verleden begonnen, nu nog bezig

   - verleden gebeurd, nu nog merkbaar
   - iets uit het verleden is nu nog belangrijk
- Vorm:
    - have / has (he-she-it) + voltooid deelwoord
       - regelmatige werkwoorden + ed
       - onregelmatige werkwoorden > 3e rijtje




Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

present perfect: ezelsbruggetje

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

present perfect: ezelsbruggetje
FYNE JAS

For, Yet, Never, Ever
Just, Already (Always), Since

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present perfect

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



past simple:
- voorbij
- je weet wanneer
- WALDY
- w.w. + ed
- 2e rijtje
- ? = did + w.w.
- - = didn't + w.w.


present perfect:
- nog bezig / merkbaar
- nu nog belangrijk
- FYNE JAS
- have/has + w.w. + ed
- have/has + 3e rijtje
- he/she/it = has
- I/you/we/they = have
past simple vs. present perfect

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple vs Present Perfect

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple/ present perfect
I ________ (to live) in Nijmegen since 2019.
A
lived
B
have lived
C
live
D
has lived

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple / Present perfect

I ..... (walk) to school yesterday
A
have walked
B
walked
C
walk
D
am walking

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple / present perfect
I ...... (to see) her yesterday
A
have seen
B
seed
C
saw
D
have saw

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect

I __________ to Croatia.
A
have never been
B
never went

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple / present perfect
When I was a child I ...............(read) a lot of comics.
A
read
B
readed
C
have read
D
have readed

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple / Present perfect

Slide 26 - Tekstslide

(5 min total) 10 min

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Past simple <> Present Perfect
She had a headache yesterday.
A
Past Simple
B
Present Perfect

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple / Present Perfect
He ..... not ..... on the lights yet.
A
did not switch
B
did not switched
C
has not switch
D
has not switched

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
I _______ (visit) Paris three times.
A
visited
B
have visited

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect

______ (you + see) Dylan last night?
A
Did you see
B
Did you saw
C
Have you seen
D
Have you saw

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
She _____ (to play) the piano since she was 4.
A
played
B
have played
C
has played

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
I _________ that before.
A
did never
B
do
C
didn't
D
have never done

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
I _______ (always + like) playing board games.
A
always like
B
always liked
C
have always liked
D
has always liked

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect

I _____ (be) a teacher for 11 years now.
A
was
B
has been
C
were
D
have been

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
I don't think we _____ (to meet).
A
meeted
B
have meeted
C
met
D
have met

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
I ______ (to see) her last month.

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple / Present Perfect:
They ______ (not - to speak) to Tommy for a week.

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past simple/ present perfect
John .... (leave) for work ten minutes ago.

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple / Present Perfect:
A week ago I ____ (to fall) off my bike.

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Past Simple <> Present Perfect
How long ____ (she + live) in Britain?

Slide 41 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies