CCNA1-ITNv7-H14

Oefentoets CCNA1-ITNv7-H14
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
ICTMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets CCNA1-ITNv7-H14

Slide 1 - Tekstslide

Waar staat ICMP voor?
A
Interal Communication Mitigation Protocol
B
I Can Make Packets
C
Internet Control Message Protocol
D
ICM-wattus?

Slide 2 - Quizvraag

Welk message type gebruikt
het PING commando?
A
ICMP echo
B
ICMP timout
C
ICMP unreachable
D
ICMP reply

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent de TTL waarde?
A
De tijd die een pakket er over doet
B
De gemiddelde round-trip tijd
C
Het aantal routers dat wordt gepasseerd
D
Het totaal aantal VoIP gesprekken op een lijn

Slide 4 - Quizvraag

Wat maakt ICMPv6 uniek?
A
Het wordt ook gebruikt voor RS/RA en NS/NA
B
Het gebruikt broadcasts
C
Het is vele malen sneller dan ICMPv4
D
ICMP bestaat niet bij IPv6

Slide 5 - Quizvraag

Welke info geeft
"ping localhost"?
A
Dat de host op internet kan
B
Dat er netwerk connectivity is
C
Dat IP goed werkt op de host
D
Dat ping goed werkt op de host

Slide 6 - Quizvraag

Welk commando geeft een overzicht van gepasseerde routers?
A
ping
B
pong
C
icmp
D
tracert

Slide 7 - Quizvraag

Waar staat het commando
"tracert" voor?
A
TRAck CERTifications
B
Total Recall Acceptance CERTificate
C
TRACE RouTe
D
TRAverse CErtain RouTers

Slide 8 - Quizvraag

Welk IP veld wordt gebruikt
door TRACERT?
A
TTL
B
Source IP
C
Type
D
Echo

Slide 9 - Quizvraag

Wat is GEEN verantwoordelijkheid
van de Transport Layer?
A
Segmenteren en her-samenstellen van data
B
Error detection
C
Port-nummers toevoegen
D
Encapsulation / De-encapsulation

Slide 10 - Quizvraag

Welke protocollen doen hun
werk in de Transport layer?
A
TCP/IP
B
TCP/UDP
C
HTTP/DNS
D
802.2/802.3

Slide 11 - Quizvraag

Wat zijn kernmerken van
UDP en TCP?
A
UDP is reliable, TCP niet
B
TCP is reliable, UDP niet
C
TCP en UDP zijn reliable
D
TPC en UDP zijn unreliable

Slide 12 - Quizvraag

Welke applicatie maakt
GEEN gebruik van TCP?
A
VoIP
B
DNS
C
HTTPS
D
SMTP

Slide 13 - Quizvraag

Waar of niet waar:
UDP zal een dropped frame opnieuw versturen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Wat gebruikt een host om data naar een specifieke applicatie te sturen?
A
port number
B
ip address
C
mac address
D
TCP

Slide 15 - Quizvraag

Welke poort gebruikt DNS?

Slide 16 - Open vraag

Welke poort gebruikt HTTPS?

Slide 17 - Open vraag

Welk protocol gebruikt
een DNS client?

Slide 18 - Open vraag

Met welk commando krijg je een overzicht van gebruikte sockets?

Slide 19 - Open vraag

Hoe heet het opzetten van een
TCP session
A
3 way handshake
B
Connection Esteblishment
C
syn/ack
D
TCP kent geen sessies

Slide 20 - Quizvraag

einde

Slide 21 - Tekstslide