Thema 4.4 en 4.5 bloed en lymfe - pls1337

Thema 4: Het Bloedvatenstelsel
Huiswerk bespreking
- opdracht hart
- les het bloed
- opdracht bloedstolling
- de lymfevaten
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 4: Het Bloedvatenstelsel
Huiswerk bespreking
- opdracht hart
- les het bloed
- opdracht bloedstolling
- de lymfevaten

Slide 1 - Tekstslide

Voor deze les een demonstratie met een kaars doen.

Misschien ook een pinda?
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
  1. Je kunt de bestanddelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies.
  2. Je kunt het proces van bloedstolling beschrijven en verklaren.
  3. Je kunt de kenmerken en functies van weefselvloeistof en lymfe noemen.
Begrippen
bloedplasma, rode beenmerg, rode bloedcellen, hemoglobine, bloedarmoede, bloedplaatjes, bloedstolling, fibrinogeen, stollingsfactoren, fibrine, bloedserum, witte bloedcellen, weefselvloeistof, lymfevaten, lymfe, lymfesysteem, rechterlymfestam, borstbuis, lymfeknopen (lymfeklieren), oedeem

Opd 28- 43 van thema 4.3

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht: voeding, transport en verbranding

Slide 3 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Opdracht hart tekenen
Teken voor jezelf een versimpelde versie van het hart en benoem alle onderdelen die je kent

Slide 4 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
holle ader, rechter boezem, rechter kamer, longslagader, longen, longader, linker boezem, linker kamer, aorta, kransslagader
extra:
halfmaanvormige kleppen, hartkleppen, sinusknoop, av-knoop

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloed (onderdeel 1)

Slide 6 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Bloed
Plasma-eiwitten Fibrogeen = bloedstolling
38 C- graden constant
pH 7.4
0,9% NaCL
Fysiologische zoutoplossing

Slide 7 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Bloed stamcellen
Stamcellengemaakt in beenmerg

bij rode bloedcel verdwijnt de kern

Slide 8 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Rode bloedcellen
Rode bloedcellen hebben geen celkern (die verliezen ze tijdens de ontwikkeling)


Bilirubine -> afbraakproduct hemoglobine
Anemie bloedarmoede
epo

Slide 9 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Hemoglobine
Rode bloedcellen hebben geen celkern (die verliezen ze tijdens de ontwikkeling)


Bilirubine -> afbraakproduct hemoglobine
Anemie bloedarmoede
epo

Slide 10 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Bloedplaatjes

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Witte bloedcellen
Ruimen ziekteverwekkers op:
-bacterie
-schimmel
-Virus
-gifstoffen


Slide 12 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
0

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bloed (onderdeel 2)

Slide 14 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Bloedstolling, wat nu?!

Slide 15 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Bloedstolling, wat nu?!
Opdracht:
1. Gebruik je boek/internet(laptop) om de stollingsprocessen in het bloed weer te geven.
2. Gebruik de begrippen uit je boek
3. Maak groepjes en leg ook uit: 
  -1x groep Hemofilie
  -2x groep verhoogde kans op trombose
    
Wat gaat er mis bij deze patiënten? Wat zou een oorzaak kunnen zijn? (10 min)


timer
10:00

Slide 16 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Trombose

Slide 17 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hemofilie
Hemofilie of “bloederziekte” is een erfelijke aandoening waarbij bloedingen in spieren en gewrichten optreden door een tekort aan stollingsfactoren. Er bestaan twee typen hemofilie: hemofilie A en hemofilie B.

Slide 19 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bloed (onderdeel 3)

Slide 21 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Wat doen de lymfe in je lichaam?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Weefselvloeistof vervoeren via de lymfe
Weefslevloeistof,
Eiwitten (albuminen) -> osmotische waarde
Colloid-osmotische waarde

Slide 23 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Lymfevatensysteem

Slide 24 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt
Leerdoelen
Aan het eind van deze les kan ik...
  1. Je kunt de bestanddelen van bloed noemen met hun kenmerken en functies.
  2. Je kunt het proces van bloedstolling beschrijven en verklaren.
  3. Je kunt de kenmerken en functies van weefselvloeistof en lymfe noemen.
Begrippen
bloedplasma, rode beenmerg, rode bloedcellen, hemoglobine, bloedarmoede, bloedplaatjes, bloedstolling, fibrinogeen, stollingsfactoren, fibrine, bloedserum, witte bloedcellen, weefselvloeistof, lymfevaten, lymfe, lymfesysteem, rechterlymfestam, borstbuis, lymfeknopen (lymfeklieren), oedeem

Opd 28- 43 van thema 4.3

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies