Is de verkoopprijs de prijs die jij als consument betaald in de winkel?
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
je kunt berekenen hoeveel de btw is die in de consumentenprijs verwerkt zit
wat voor prijsbeleid een winkelier kan hebben
Slide 4 - Tekstslide
Oefenen
Bedrijf A koopt spijkerbroeken in en verkoopt ze weer in de winkel. Het bedrijf heeft inkoopprijs van 18,40 per broek. Ze willen graag brutowinstopslag van 80%.
A. Bereken de verkoopprijs
timer
2:00
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
BTW
Belasting toegevoegde waarde (BTW)
Over de verkoopprijs moet je verplicht btw betalen.
De verkoop(st)er mag de btw niet houden maar moet dit inleveren bij belastingdienst.
Consumentenprijs= prijs waarvoor je betaalt in de winkel.
Slide 7 - Tekstslide
BTW tarieven
Opdracht: Maak duo's en onderzoek naar producten:
- 21% btw moet betalen
- 9% btw moet betalen
- Geen btw over moet betalen
Zo weet jij over welke goederen btw over wordt betaald.
Klaar? Aan de slag 6.2 opdracht 6.
timer
5:00
Slide 8 - Tekstslide
Rekenen
Slide 9 - Tekstslide
Oefenen
De Zara verkoopt een shirt voor 24,99 euro. Voor de consument komt er nog eens 21% daarbovenop.
Bereken de BTW
Bereken de consumentenprijs
timer
3:00
Slide 10 - Tekstslide
Oefenen
Een winkel koopt games in voor 19,40 euro. Deze winkel verkoopt ze voor een brutowinstopslag van 85%. De btw bedraagt 21%.
A. Bereken de verkoopprijs
B. Bereken de consumentenprijs
timer
4:00
Slide 11 - Tekstslide
Makkelijker rekenen
Verkoopprijs 100%
BTW 9 of 21%
Consumentenprijs 109 of 121%
Van consumentenprijs naar verkoopprijs
Consumentenprijs / 109 of 121 * 100 = verkoopprijs!
Slide 12 - Tekstslide
Aan de slag
Vóór vandaag afmaken:
Opdrachten 6 t/m 12 (blz. 165 t/m 167)
Klaar? rekenen opdrachten 6.2 maken
Laatste 5/10 minuten PO bekijken
Slide 13 - Tekstslide
PO opdracht
Zelfstandige opdracht
Eerder genoemde hoofdstukken komen erin terug!
Poster(s) en/of filmpje moeten ingeleverd worden in Classroom zelf.