Disk Thema 15 - les 3

Thema 15 - Social Media
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Thema 15 - Social Media

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • De woordenlijst nakijken.
  • DISK thema 15 - woorden herhalen
  • DISK thema 15 - 7 nieuwe woorden








Slide 2 - Tekstslide

Doel
Je kent 7 woorden van thema 16 van Disk. 

Slide 3 - Tekstslide

Weet jij of deze serie ..... is?
A
beleefd
B
eventueel
C
bericht
D
compleet

Slide 4 - Quizvraag

Als je een .... hebt, kun je nog steeds sporten.
A
keuze
B
meevallen
C
handicap
D
generatie

Slide 5 - Quizvraag

Ik vind deze opdracht wel .... Ik dacht dat hij moeilijker zou zijn.
A
inlever
B
meevallen
C
gemeenschappelijke
D
generatie

Slide 6 - Quizvraag

Mijn opa snapt niks van smartphones. Hij is van een andere ....
A
gemeenschappelijke
B
keuze
C
handicap
D
generatie.

Slide 7 - Quizvraag

Mijn buurman heeft altijd .... op onze hond.
A
beleefd
B
eeuw
C
commentaar
D
afschaffen

Slide 8 - Quizvraag

Als ik deze opdracht .... krijg ik dan een cijfer?
A
inlever
B
keuze
C
meeval
D
ken

Slide 9 - Quizvraag

Weet jij in welke ..... de gloeilamp werd uitgevonden?
A
eeuw
B
eventueel
C
compleet
D
bericht

Slide 10 - Quizvraag

Het is ... om in de bus op te staan voor zwangere vrouwen.
A
compleet
B
eventueel
C
alsof
D
beleefd

Slide 11 - Quizvraag

Aan het werk!
We gaan de woordenlijst verder invullen.
  • Pak een laptop
  • Ga naar office.com en open SharePoint
  • Open woordenlijst thema 16 - Klas
  • Je krijgt een woord van mevrouw Bekema.

Merhawi, Waseem, Rosa-Lee, Bahar, Baran en Bana mogen weer zelfstandig aan het werk gaan. Let op! Open het juiste document!

Slide 12 - Tekstslide

middelbaar
  • Mijn oma is van middelbare leeftijd.
  • Bijvoeglijk naamwoord: Hij zit op de middelbare school.

Slide 13 - Tekstslide

de mobiel
  • Hij koopt een nieuwe mobiel.
  • Zelfstandig naamwoord

Slide 14 - Tekstslide

onrustig
  • In de ochtend was ik onrustig, want ik
    heb straks een belangrijke toets.
  • Bijvoeglijk naamwoord.
    Ik ben onrustig, ik voel mij onrustig, hij voelt zich onrustig.

Slide 15 - Tekstslide

ontvrienden
  • Ik heb hem ontvriend, want hij zei steeds
    stomme dingen over mijn posts.

  • werkwoord. 

Slide 16 - Tekstslide

opgroeien
  • Ze is opgegroeid in Frankrijk.
  • knipwerkwoord.
    Ik groei op, wij groeiden op.

Slide 17 - Tekstslide

ophalen
  • Mijn vader gaat mijn zusje
    van school ophalen.
  • knipwerkwoord:
    ik haal op, wij haalden op.

Slide 18 - Tekstslide

opzoeken
  • Kun jij de betekenis van “overdrijven”
    voor mij opzoeken?
  • knipwerkwoord:
    ik zoek op, wij zochten op.

Slide 19 - Tekstslide

Ik zou niet in Amerika willen ....
A
ophalen
B
onrustige
C
opgroeien
D
ontvrienden

Slide 20 - Quizvraag

Het jongetje wordt heel .... van het lawaai.
A
beleefd
B
onrustig
C
handicap
D
gemeenschappelijk

Slide 21 - Quizvraag

Weet jij hoe je iemand kunt ... op Facebook?
A
opgroeien
B
ophalen
C
meevallen
D
ontvrienden

Slide 22 - Quizvraag