5.3 en 5.4 samen

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Internationale handel en binnen de EU

Meneer van Hulst

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
--> Herhaling vorige les

--> Uitleg van internationale handel en Europa

--> Opdrachten maken

--> Herhaling van de les

Slide 3 - Tekstslide

Wat wordt hier berekend?
A
De importquote
B
De exportquote
C
De importwaarde
D
De exportwaarde

Slide 4 - Quizvraag

Leerdoelen les 1
--> Je kan uitleggen welke rol Nederland heeft in de internationale handel.

--> Je kan de samenstelling uitleggen van import en export in een land.

Slide 5 - Tekstslide

Waarom is het niet handig dat elk land al zijn eigen spullen maakt?

Slide 6 - Open vraag

Internationale arbeidsverdeling
= dit betekent dat een product geproduceerd en geëxporteerd wordt door het land dat dit het beste en goedkoopste kan.
 

Slide 7 - Tekstslide

Betalingsbalans

Slide 8 - Tekstslide

Dekkingsgraad

Slide 9 - Tekstslide

Nederland importeert €973 MLN aan snoep en exporteert €1354 aan snoep. Wat is de dekkingsgraad voor de productgroep snoep in NL.

Slide 10 - Open vraag

Leerdoelen les 2
- Je kan uitleggen wat vrij verkeer van goederen, kapitaal en mensen binnen de EU betekent
- Je kan de voor- en nadelen van vrijhandel uitleggen

Slide 11 - Tekstslide

Open en gesloten economie
  • Een land dat veel invoert en uitvoert heeft een open economie.

  • Een land dat bijna niet invoert en uitvoert heeft een gesloten economie

Slide 12 - Tekstslide


Kan je als Nederlander van de een op de andere dag in Frankrijk gaan werken?
Vraag
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag


Mag je zonder toestemming producten van Nederlands naar Duitsland vervoeren?
Vraag
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

De belangrijkste afspraak binnen de EU is vrijhandel.

Vrijhandel = dat een land kan importeren en exporteren zonder belemmeringen.

In Europa is er sprake van:
  • Vrij verkeer van goederen en diensten 
  • Vrij verkeer van personen
  • Vrij verkeer van kapitaal

Bedrijven kunnen zonder belemmeringen handelen met andere landen uit de EU. 

Vrijhandel

Slide 15 - Tekstslide

Gevolgen van vrij verkeer van goederen en diensten
  • Meer concurrentie tussen Europese bedrijven
  • Internationale handel toegenomen tussen landen uit de Europese Unie.

Is dit gunstig voor de consument?

ja, concurrentie zorgt voor betere kwaliteit, lagere prijzen en meer aanbod

Slide 16 - Tekstslide

Wat zijn de gevolgen voor Nederland van vrij verkeer van goederen en diensten?
A
Meer export en import
B
Stijging van de productie
C
Stijging van de werkgelegenheid
D
A, B en C bij elkaar

Slide 17 - Quizvraag

Wat is een nadeel van de vrijhandel?

Slide 18 - Open vraag

Vrij verkeer van goederen en diensten

Vrij verkeer van kapitaal
Vrij verkeer van personen
Ik ga aan de slag als leraar in Duitsland zonder belemmering.
Ik koop autobanden in Duitsland zonder belemmering.
Ik open een rekening in Duitsland zonder belemmering

Slide 19 - Sleepvraag

Zelfstandig werken
Het huiswerk: van 5.3 maken (9, 10 en 12) + van 5.4 (6, 7, 11 en 12)

Klaar? Mag je op je laptop iets voor jezelf doen.


Rustig overleggen met de buurman of buurvrouw mag.


Je krijgt hier ongeveer tot 5 minuten tot het einde van de les.

Slide 20 - Tekstslide

Welk begrip klopt bij het plaatje?
A
Exporttekort
B
Exportoverschot
C
Evenwicht

Slide 21 - Quizvraag