In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Wat weet je nog van de vorige les
Slide 1 - Woordweb
Slide 2 - Tekstslide
Wat heb jij vanochtend als ontbijt gegeten? Schrijf het op, schrijf erachter of het van een plant of dier komt.
Slide 3 - Open vraag
Een plant heeft net als jij bouwstoffen en brandstoffen nodig om te groeien. Hoe kom jij aan bouw- en brandstoffen?
Slide 4 - Open vraag
Hoe komt de plant aan bouw- en brandstoffen?
Slide 5 - Open vraag
Wat heeft de plant daarvoor nodig?
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Ook mensen en dieren hebben de suikers die planten maken nodig. Daarom eten ze delen van planten. Maar hoe zit het met de vleeseters? Kijk naar de afbeelding. Leg uit hoe de suikers uit de plant in deze roofvogel terechtkomen.
Slide 8 - Open vraag
Planten maken suikers in de groene delen. Op de afbeelding zie je verschillende planten.
Sleep de cirkels naar de delen waar de plant suikers maakt.
Slide 9 - Sleepvraag
Slide 10 - Tekstslide
Onder deze eik groeien geen planten. Hoe komt dat?
Slide 11 - Open vraag
In de lucht zitten gassen.
Welk gas zit in de lucht en heb jij nodig om te kunnen leven?
A
kooldioxide
B
zuurstof
Slide 12 - Quizvraag
In de lucht zitten gassen.
Welk gas adem jij uit?
A
kooldioxide
B
zuurstof
Slide 13 - Quizvraag
In de lucht zitten gassen.
Welk gas haalt een plant uit de lucht?
A
kooldioxide
B
zuurstof
Slide 14 - Quizvraag
In de lucht zitten gassen.
Welk gas komt in de lucht door de auto's die rondrijden?
A
kooldioxide
B
zuurstof
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Hoe komen de mineralen uit de bodem in de boom?
Slide 17 - Open vraag
Zitten er mineralen in de afgevallen bladeren?
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quizvraag
De mineralen komen in de bodem...
A
door de wortels van de boom
B
door de bodemdieren en de schimmels
Slide 19 - Quizvraag
Zitten er in een glas water uit de kraan ook mineralen? Waarom denk je dat?