Quiz

Quiz
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Quiz

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de 4 kenmerken van een Maatschappelijk probleem?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bepaal of de situatie op de foto een overtreding is of een misdrijf
Is de situatie op de foto een overtreding of een misdrijf?
Overtreding
Misdrijf

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koppel de waarde met de juiste norm
Koppel de waarde aan de juiste norm 
Veiligheid
Orde
Respect
Niet praten tijdens de uitleg
U zeggen tegen oudere mensen 
Stoppen voor een rood stoplicht

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de buren is er vorige week ingebroken, daardoor
slapen ze nu heel slecht.
Bij de buren is er vorige week ingebroken, daardoor slapen ze nu heel slecht. 
A
Materieel gevolg
B
Immaterieel gevolg

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Doordat er in het winkelcentrum steeds vaker wordt ingebroken, heeft de groenteboer camera's voor zijn bedrijf opgehangen.
Doordat er in het winkelcentrum steeds vaker wordt ingebroken, heeft de groenteboer camera's voor zijn bedrijf opgehangen. 
A
Materieel gevolg
B
Immaterieel gevolg

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Situatie: Pim heeft heel veel moeite om zich te beheersen en wordt snel agressief. Vorige week heeft hij een winkeloverval gepleegd. 

Slide 7 - Tekstslide

In de volgende slide komt er een vraag over deze situatie. 



Welke risicofactor komt in de situatie
met Pim het meest naar voren?
Welke risicofactor komt in de situatie met Pim het meest naar voren?
A
Psychische problemen of gedragsproblemen
B
Een onveilige opvoeding
C
Problematisch drank- of drugsgebruik
D
Foute vrienden of groepsdruk

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koppel de situatie aan de juiste beschermende factor 
Baan/goed onderwijs
Relatie/hecht gezin
Sociale vaardigheden
Pedro heeft goed contact met zijn ouders en vindt het belangrijk dat hij geen slechte dingen doet die de relatie met zijn ouders verslechtert. 
Maaike kan tijdens een ruzie goed rustig blijven en uitleggen wat haar mening is. Op die manier loopt zo'n ruzie dan niet verder uit de hand. 
Thom volgt de opleiding tot kok op het ROC en hij gaat elke dag met plezier naar school. Daardoor heeft Thom ook een duidelijk ritme doordeweeks. 

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verbind de situatie aan de term delinquent en/of recidivist 
Delinquent
Recidivist
Toen Pedro 15 jaar oud was heeft hij een winkeloverval gepleegd, nu is hij 40 en zit hij in de drugshandel. 
Toen Maaike 19 jaar was, heeft ze één keer een oogschaduwpalet gestolen bij de drogisterij. 
Tim heeft op zijn 18de meerdere keren onder invloed achter het stuur gezeten, nu op z'n 60ste doet hij het nog wel eens.

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een rechercheur ondervraagt
een verdachte over een misdrijf. Bij welke taak hoort dit?
Een rechercheur ondervraagt een verdachte over een misdrijf. Bij welke taak hoort dit?
A
Handhaven van openbare orde
B
Hulpverlening
C
Preventie
D
Opsporen van strafbare feiten

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een voetbalwedstrijd begeleid
de politie de supporters. Om welke taak gaat het?
Bij een voetbalwedstrijd begeleidt
de politie de supporters. Om welke taak gaat het?
A
Handhaven van openbare orde
B
Hulpverlening
C
Preventie
D
Opsporen van strafbare feiten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke taak helpt een boa de politie?
Bij welke taak helpt een boa de politie?
A
Handhaven van openbare orde
B
Hulpverlening
C
Preventie
D
Opsporen van strafbare feiten

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De politie mag een verdachte
staande houden en diegene fouileren
Wat betekent fouilleren?
A
De politie bekijkt je persoonlijke gegevens
B
De politie doorzoekt je woning
C
De politie doorzoekt je kleding en tas
D
De politie verleent hulp bij een ongeluk

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke elementen horen bij de taken en welke bij de bevoegdheden van de politie?
TAKEN
BEVOEGD-HEDEN
Hulpverlening
Verdachte staande houden
Proces-verbaal opstellen
Handhaven openbare orde
Bekeuring geven

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij wie hoort welke taak?
Politie
Boa
OjV
Controleren of mensen hebben betaald voor parkeren
Hulp verlenen bij een ongeluk
Opsporen van strafbare feiten
Leidinggeven aan een opsporingsonderzoek

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Jan heeft door rood gereden. Hij krijg een boete van €250,-. Bij welke mogelijkheden hoort dit?
Jan heeft door rood gereden. Hij krijg een boete van €250,-. Bij welke mogelijkheid hoort dit?
A
Seponeren
B
Transactie
C
Strafbeschikking
D
Vervolgen

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er is te weinig bewijs om de verdacht voor de rechter te brengen? Wat doet de officier van Justitie dan met de zaak?
Er is te weinig bewijs om de verdachte voor de rechter te brengen. Wat doet de officier van Justitie dan met de zaak?
A
Seponeren
B
Transactie
C
Strafbeschikking
D
Vervolgen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een verdachte heeft een diefstal gepleegd. Dit is een veelvoorkomend strafbaar feit. Wat kan de officier van justitie doen?
Een verdachte heeft een diefstal gepleegd. Dit is een veelvoorkomend strafbaar feit. Wat kan de officier van justitie doen?
A
Seponeren
B
Transactie
C
Strafbeschikking
D
Vervolgen

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De verdachte moet voor de rechter komen. Die bepaalt welke straf de verdachte krijgt. Wat heeft de officieer van justitie gedaan met de zaak?
De verdachte moet voor de rechter komen.  Wat heeft de officier van justitie gedaan met de zaak?
A
Seponeren
B
Transactie
C
Strafbeschikking
D
Vervolgen

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Behandelt ingewikkeldere en zwaardere misdrijven
Behandelt alle misdrijven waarvoor max 12 maanden straf geëist kan worden
Behandelt overtredingen
Kantonrechter
Politierechter
Meervoudige kamer

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Spreekrecht
Rechten van slachtoffers
Rechten van verdachten
Recht op schadevergoeding
Recht te weten
Recht op slachtofferhulp
Advocaat
Zwijgrecht
Recht op informatie

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies




Waar horen de rechten van een verdachte bij?
Waar horen de rechten van een verdachte bij?
A
De rechtbank
B
Uitgangspunten van het strafrechtproces
C
De rechten van het slachtoffer
D
De advocaat

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




Als de verdachte niet wordt veroordeeld, omdat hij bijvoorbeeld zichzelf verdedigde. Welke uitspraak hoort hierbij?
Als de verdachte niet wordt veroordeeld, omdat hij bijvoorbeeld zichzelf verdedigde tijdens het delict. Welke uitspraak hoort hierbij?
A
Vrijspraak
B
Ontslaan van alle rechtsvervolging
C
Verdachte straffen

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In vrije tijd onbetaald werk doen
Duurt maximaal 1 jaar
Deze straf kan levenslang worden gegeven

Hechtenis

Taakstraf
Geldboete
Gevangenisstraf
Maximaal €870.000 betalen

Slide 26 - Sleepvraag

Leerlingen zelf laten inschatten welk kenmerk bij welke straf hoort. 



Het rijbewijs van Noah wordt afgenomen door de rechter omdat hij op de scooter reed met te veel alcohol op. Welke soort sanctie hoort hierbij?
Het rijbewijs van Gwen wordt afgenomen door de rechter omdat zij op de scooter reed met te veel alcohol op. Welke soort sanctie hoort hierbij?
A
Hoofdstraf
B
Maatregel
C
Bijkomende straffen

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Iemand (Kevin) die 7 jaar voorwaardelijke gevangenisstraf krijgt moet...
A
7 jaar in de gevangenis zitten
B
pas naar de gevangenis als hij hetzelfde doet
C
Eerst zijn proeftijd afwachten en dan in hechtenis

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

'De dader verdient straf'
Welk doel van straffen hoort hier bij?

A
Voorkomen van eigenrichting
B
Preventie
C
Vergelding
D
Genoegdoening

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

'Lena heeft geleerd van haar fouten en doet het niet weer'
Welk doel van straffen hoort hierbij?
A
Beveiliging van de samenleving
B
Resocialisatie
C
Voorkomen van eigenrichting
D
Preventie

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vanessa moet zich aan wetten en regels houden
Welk doel van straffen hoort hierbij?
A
Handhaving van de rechtsorde
B
Preventie
C
Genoegdoening
D
Resocialisatie

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Ilse is het niet eens met de uitspraak van de rechter, daarom gaat ze in hoger beroep. Bij welke rechterlijke instantie komt ze dan?
Britt is het niet eens met de uitspraak van de rechter, daarom gaat ze in hoger beroep. Bij welke rechterlijke instantie komt ze dan?
A
Rechtbank
B
Gerechtshof
C
Hoge Raad

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies