Het brein

Het ruggenmerg
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Het ruggenmerg

Slide 1 - Tekstslide

Het ruggenmerg is een onderdeel van...
A
De hersenstam
B
De zenuwen
C
De kleine hersenen
D
Het centrale zenuwstelsel

Slide 2 - Quizvraag

Het ruggenmerg
Alle gewervelde dieren hebben een wervelkolom. 
De beschermt het ruggenmerg

Het ruggenmerg verbindt veel zenuwen met 
de hersenen. 

Slide 3 - Tekstslide

Welke zenuwcellen geleiden impulsen binnen het centrale zenuwstelsel?
A
Gevoelszenuwcellen
B
Bewegingszenuwcellen
C
Schakelcellen

Slide 4 - Quizvraag

Welke zenuwcellen geleiden impulsen van het centrale zenuwstelsel naar spieren of klieren?
A
Gevoelszenuwcellen
B
Bewegingszenuwcellen
C
Schakelcellen

Slide 5 - Quizvraag

Grijze en witte stof
  • Grijze stof: cellichamen van schakelcellen en van bewegingszenuwcellen
  • Witte stof: Uitlopers die impulsen naar hersenen geleiden

Slide 6 - Tekstslide

Vlak bij het ruggenmerg splitsen de gemengde zenuwen in gevoelszenuwen en bewegingszenuwen.






De cellichamen van de gevoelszenuwcellen liggen bij elkaar in verdikkingen:
         zenuwknopen


Slide 7 - Tekstslide

In de grijze stof:
Cellichamen van de gevoelszenuwcellen zijn door uitlopers verbonden met de cellichamen van de schakelcellen. 
De schakelcellen zijn met uitlopers verbonden aan de cellichamen van de bewegingszenuwcellen

In de witte stof:
Andere uitlopers van de schakelcellen lopen door de witte stof naar de hersenen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Opdrachten maken
  • Afronden basisstof 1 en 2
  • maken opdrachten  15 t/m 20 van 5.3

Dit is huiswerk voor maandag 1 februari!

Slide 10 - Tekstslide

thema 5.4
de hersenen

Slide 11 - Tekstslide

Waar bestaat het centrale zenuwstelsel uit?
A
Grote en kleine hersenen
B
Hersenen en het ruggenmerg
C
Ruggenmerg

Slide 12 - Quizvraag

De hersenen
Hersenen bestaan uit 3 onderdelen:

  • grote hersenen
  • kleine hersenen
  • hersenstam



Slide 13 - Tekstslide

Grote hersenen
Waarnemingen worden verwerkt (bewust)
Hersencentra

Gevoelscentra

Bewegingscentra

Slide 14 - Tekstslide

Grijze en witte stof

Grijs (= de schors): Schakelcellen

Wit (= het merg):
 Uitlopers van schakelcellen

Slide 15 - Tekstslide

Kleine hersenen

Regelen:
Coördinatie van bewegingen
Evenwicht

Slide 16 - Tekstslide

Hersenstam
Ligt in het verlengde van het ruggenmerg

Regelt:
onbewuste processen (ademhaling ,hartslag) en reflexen (pupilreflex)

Slide 17 - Tekstslide

Hersenstam
Verbinding:

 Tussen hersenen en ruggenmerg.

Met zenuwen die van de zintuigen in hoofd en hals lopen

Met zenuwen die naar spieren en klieren in hoofd en hals lopen



Slide 18 - Tekstslide

Het zenuwstelsel beïnvloeden
Stoffen die de werking van het zenuwstelsel beïnvloeden:
Medicijnen, tabak, drugs en alcohol.

Deze stoffen kunnen het doorgeven van impulsen remmen of stimuleren. 

Slide 19 - Tekstslide

Medicijnen en drugs
Morfine: zorgt ervoor dat impulsen vanuit pijnzintuigen de hersenen niet meer bereiken = geen pijn.

Nicotine: stimuleert hersenen stoffen aan te maken die je een goed gevoel geven.
Drugs kunnen stimulerend (XTC, cocaïne) of verdovend (wiet, alcohol) zijn. Waarnemingen gedaan door de zintuigen kunnen vervormd worden. 

Slide 20 - Tekstslide

De hersenen bestaan uit...
A
Grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
B
Grote hersenen, hersenstam en ruggenmerg
C
Kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg
D
Groter hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Slide 21 - Quizvraag

Iemand hoort een harde knal en draait zijn hoofd om. In welk deel van de hersenen vindt bewustwording van dit geluid plaats?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenschors
D
Hersenstam

Slide 22 - Quizvraag

Welke gedeelte van de hersenen ontvangt en verwerkt impulsen?
A
Bewegingscentra van de grote hersenen
B
Gevoelscentra van de grote hersenen
C
Kleine hersenen
D
Hersenstam

Slide 23 - Quizvraag

Welk deel van de hersenen zorgt voor het coördineren van bewegingen?
A
Kleine hersenen
B
Grote hersenen
C
hersenstam
D
hypofyse

Slide 24 - Quizvraag

Welk onderdeel van de hersenen is een verlengde van het ruggenmerg?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Bewegingscentrum

Slide 25 - Quizvraag

Iemand met de ziekte van Huntington maakt vaak ongewilde bewegingen en kan zijn bewegingen niet goed coördineren. Welk deel van de hersenen werkt bij iemand met deze aandoening niet goed meer?
A
Grote hersenen
B
Hersenstam
C
Kleine hersenen
D
Hiervoor is er te weinig informatie

Slide 26 - Quizvraag

Slide 27 - Video

Ik heb wel eens alcohol gedronken?
ja
nee

Slide 28 - Poll

Ik heb wel eens eens gerookt
ja
nee

Slide 29 - Poll

maken en inleveren
opdracht 28 werkboek

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video