Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Thema stevigheid en beweging Kader
1 / 28
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
In deze les zitten
28 slides
, met
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 1
Je kunt:
de botten
benoemen
in een afbeelding van het skelet.
de
functies
van het skelet noemen.
pijpbeenderen
en
platte beenderen
onderscheiden en kenmerken ervan noemen.
Slide 2 - Tekstslide
Je skelet heeft
vier functies
:
1 Het geeft
stevigheid
aan je lichaam.
2 Het geeft
vorm
aan je lichaam.
3 Het geeft
bescherming
aan tere organen.
4 Het maakt
beweging
mogelijk.
Slide 3 - Tekstslide
Hierin worden
bloedcellen
gevormd.
Hierin is
vet
opgeslagen
Pijpbeenderen
zijn langwerpig en komen voor in de
ledematen
Pl
atte beenderen
zijn de schedelbeenderen, de ribben en de schouderbladen
Slide 4 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 2
Je kunt:
kenmerken van
kraakbeenweefsel
en
beenweefsel
noemen en de delen ervan benoemen in een afbeelding.
beschrijven hoe de
samenstelling van botten verandert
tijdens het leven.
Slide 5 - Tekstslide
kraakbeenweefsel
Is stevig en
goed
buigzaam; komt bijvoorbeeld voor in de oorschelp.
beenweefsel
Is
heel
stevig en een
beetje
buigzaam.
De
tussencelstof
bestaat uit:
Kalkzouten
maken het beenweefsel hard.
Lijmstof
zorgt ervoor dat beenweefsel een beetje buigzaam blijft.
Slide 6 - Tekstslide
Als je een bot in een
zoutzuuroplossing
legt, gaan de
kalkzouten
uit het bot. Het bot wordt dan buigzaam.
Als je een bot in een
vlam
houdt, verbrandt de
lijmstof
. Het bot breekt dan gemakkelijk.
Hoe weten wij mensen dat er
kalkzouten
en
lijmstof
in been zitten?
Slide 7 - Tekstslide
Kraakbeenweefsel
Lijmstof: << of >>
kalkzouten: << of >>
Beenweefsel
Lijmstof: << of >>
kalkzouten: << of >>
Opdracht:
Geef per bot type aan hoeveel lijmstof en kalkzouten aanwezig zijn.
Slide 8 - Tekstslide
De samenstelling van botten verandert tijdens het leven
Kan jij de grafiek
uitleggen
?!?
Slide 9 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 3
Je kunt:
vier beenverbindingen
onderscheiden.
delen van een
gewricht
noemen met hun
functies
.
de bouw en werking van
drie typen gewrichten
onderscheiden.
Slide 10 - Tekstslide
Opdracht:
Geef per beenverbinding aan hoeveel het kan bewegen: veel/ weinig/ geen.
Slide 11 - Tekstslide
Bewegelijkheid van de beenverbindingen
Vergroeid
: Niet beweeglijke beenverbinding; meerdere botten zijn één geheel geworden.
Naad
: Niet beweeglijke beenverbinding door een naad.
(verbinding met)
Kraakbeen
: Beetje beweeglijke beenverbinding door kraakbeen.
Gewricht
: Beweeglijke beenverbinding.
Slide 12 - Tekstslide
Het kniegewricht.
Slide 13 - Tekstslide
Kogelgewricht
Rolgewricht
Scharniergewricht
Slide 14 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 4
Je kunt:
de
bouw en werking van spieren
beschrijven.
Slide 15 - Tekstslide
De bouw van een spier
spierbundel
: Groep spiervezels omgeven door bindweefsel.
spiervezel
: Groep spiercellen die samentrekken onder invloed van seintjes van zenuwcellen.
bindweefsel
: Steunweefsel; geeft stevigheid aan een weefsel.
spierschede
: Stevig bindweefsel om een spier.
pees
: Verbinding tussen spier en bot; kan niet samentrekken.
Slide 16 - Tekstslide
Werking van een spier
• De spier krijgt een seintje van zenuwcellen.
• De spiervezels trekken hierdoor samen.
• De spier wordt korter en dikker.
• De spier trekt de botten waar hij aan vastzit, naar elkaar toe.
• Er ontstaat een beweging.
Spier
samengetrokken
:
korter en dikker.
Spier
ontspannen
:
lang en dun.
Slide 17 - Tekstslide
Opdracht werking van de spieren:
Geef in
beide situaties
(gebogen en gestrekt) aan
welke spieren
samengetrokken
en welke
ontspannen
zijn.
Situatie 1 gebogen arm
Armbuigspier=
Armstrekspier=
Situatie 2 gestrekte arm
Armbuigspier=
Armstrekspier=
Slide 18 - Tekstslide
Antagonistisch paar(spieren)
Spieren waarvan het samentrekken een
tegengesteld effect
heeft, noem je een antagonistisch paar.
Opdracht
Hoeveel antagonisten zijn er te vinden in de afbeelding?
schrijf ze op!
Tip: 1 antagonist = 2 spieren
Slide 19 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 5
Je kunt:
aangeven wat een
goede lichaamshouding
is en hoe je hiermee
rugklachten
kunt voorkomen.
uitleggen dat lichaamsbeweging goed is voor je
gezondheid
.
Slide 20 - Tekstslide
De wervelkolom met dubbele-S-vorm.
wervel
: Bot van de wervelkolom waar de rugspieren aan vastzitten.
tussenwervelschijf
: kraakbeen schijven die de schokken tussen wervels opvangt.
dubbele-S-vorm
: Gebogen vorm van de wervelkolom waardoor deze veerkrachtig is en schokken kan opvangen.
S
S
schokkenbreker
Slide 21 - Tekstslide
Lichaamshouding
Slide 22 - Tekstslide
Leerdoelen bs. 6
Je kunt:
van enkele
blessures beschrijven
wat er aan de hand is.
beschrijven hoe je blessures kunt
voorkomen
.
Slide 23 - Tekstslide
Blessures aan spieren
Spierpijn
: Blessure aan spieren die ontstaat als je je meer dan normaal hebt ingespannen.
Andere blessures:
Tennisarm
RSI
Blessures aan botten
Voetbalknie
Kneuzing
Verzwikking
Ontwrichting
Slide 24 - Tekstslide
Tennisarm
: overbelasting van de spieren.
Er ontstaan dan ontstekingen van de aanhechtingsplaatsen (pezen) van de spieren.
RSI
is een verzamelnaam voor klachten aan spieren die ontstaan door te vaak achter elkaar dezelfde beweging te maken.
geneest meestal door
rust
, maar je moet de arm
niet stilhouden
.
Een tennisarm is een voorbeeld van RSI.
RSI:
Blessure aan spier of pees door te
vaak dezelfde beweging
maken, een
statisc
he houding
of steeds
kracht uitoefenen op dezelfde plek
.
Opdracht
:
Noem eens
3 beroepen
die last kunnen krijgen van RSI.
Leg
ook uit waarom je dat denkt.
Slide 25 - Tekstslide
Botbreuk:
Scheur in het bot of in stukken gebroken bot.
Voetbalknie
: gescheurde meniscus.
Ontstaat als het lichaam draait terwijl het onderbeen blijft staan.
Bothelften worden ‘gezet’ (in de goede stand brengen) meestal met een
gipsverband, schroeven of platen.
Soms is
rusten
voldoende of de gescheurde meniscus moet
operatief
worden verwijderd.
Slide 26 - Tekstslide
Kneuzing
: Beschadiging van weefsel zonder dat er iets is gescheurd of gebroken.
Een verzwikking
(of verstuiking) is een kneuzing van een
gewricht
. Gewrichtskapsel en kapselbanden rekken te ver uit.
Door
ijs(water)
op de gekneusde plek te doen, worden de zwelling en de inwendige bloeding minder.
Door
rust
geneest de blessure.
Soms is een
drukverband
nodig.
Slide 27 - Tekstslide
Ontwrichting
: Gewrichtskogel schiet uit de gewrichtskom.
Een
arts
moet de botten dan weer op zijn plaats zetten.
Slide 28 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
3GT Max Editie > thema 5 stevigheid en beweging les 2
Januari 2024
- Les met
17 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Kader
2 dagen geleden
- Les met
28 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Basis
Juni 2024
- Les met
28 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Basis
2 dagen geleden
- Les met
28 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Basis
2 dagen geleden
- Les met
28 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Kader
Oktober 2024
- Les met
44 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Thema stevigheid en beweging Basis
Oktober 2024
- Les met
44 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Biologie 1TL 'Stevigheid en beweging' H4
Februari 2024
- Les met
35 slides
Biologie
Voortgezet speciaal onderwijs
MBO
Leerroute 6
Leerroute n4
Studiejaar 1