Oefentoets vp vaardigheden.




Oefentoets vp vaardigheden.
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les




Oefentoets vp vaardigheden.

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn kenmerken van Alginaat?
A
Het remmen van bacterie groei
B
Voorkomen van uitdroging
C
Absorberende en reinigende werking

Slide 2 - Quizvraag

Voor het plaatsen van een katheter ben je geen uitvoeringsverzoek nodig
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Een ander woord voor eenmalig katheteriseren is?
A
Intermitterend
B
Verblijfskatheter
C
Condoomkatheter

Slide 4 - Quizvraag

Wanneer spreken we over een verstoorde wondgenezing?
A
Wanneer de wond begint de bloeden
B
Wanneer een wond na 3 weken nog niet gesloten is
C
Wanneer de wond maar vochtig blijft

Slide 5 - Quizvraag

De korte rek zwachtel heeft als doel
A
Hoge werkdruk (veel beweging)
B
Lage werkdruk (veel zitten/liggen)

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een SP katheter?
A
Katheter via de lies in de blaas.
B
Katheter via de buikwand in de blaas
C
Katheter via de navell in de blaas

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de naam voor ophoping van urine in de blaas?
A
Obstructie
B
Retentie
C
Residu

Slide 8 - Quizvraag

Bij wie is de urethra langer?
A
Afhankelijk van de client
B
Vrouwen
C
Mannen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de functie van een ballon (bij een katheter)?
A
Om te kunnen blaasspoelen
B
Katheter in de blaas houden
C
Voorkomen van blaaskrampen

Slide 10 - Quizvraag

In het protocol staat: Reinig de labia Majora, wat maak je dan schoon?
A
Vagina
B
Kleine schaamlippen
C
Opening plasbuis
D
Grote schaamlippen

Slide 11 - Quizvraag

Katheteriseren is een ...
A
Risicovolle handeling
B
Voorbehouden handeling
C
Risicovolle en voorbehouden handeling

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste punt bij het inbrengen van een Katheter?
A
Steriel werken
B
Het zorgplan goed doorlezen
C
Zorgvrager observeren

Slide 13 - Quizvraag

De urineleider is de verbinding tussen
A
Urineleider en blaas
B
Blaas en nieren
C
Blaas en urinebuis

Slide 14 - Quizvraag

Waarom hebben vrouwen een verhoogde kans op een blaasontsteking?
A
Door hormonen
B
Door seksueel actief zijn
C
Door een kortere urinebuis

Slide 15 - Quizvraag

Vette gazen hebben als werking
A
Necrotisch weefsel zacht houden
B
Remmen van bacterie groei
C
Voorkomen van uitdroging

Slide 16 - Quizvraag

ACT zwachtelen staat voor
A
Ambulante compressie therapie
B
Ambulante circulatie therapie
C
Anti compressie therapie

Slide 17 - Quizvraag

Een eenmalige katheter heeft ... lumen?
A
2
B
0
C
1

Slide 18 - Quizvraag

Hoelang mag een siliconen katheter blijven zitten?
A
6 weken
B
8 weken
C
4 weken

Slide 19 - Quizvraag

Bij ACT zwachtelen gaan de slagen gelijkmatig over elkaar heen
A
Waar
B
Niet waar
C
Dat ligt aan de zorgvrager

Slide 20 - Quizvraag