B5: Aanpassingen bij dieren

Thema 2 - Ecologie
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 2 - Ecologie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thema 2 - Ecologie
2.1 - Eten en gegeten worden
2.2 - Piramiden
2.3 - Kringlopen
2.4 - Populaties
2.5 - Aanpassingen bij dieren
2.6 - Aanpassingen bij planten

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Aanpassingen bij dieren

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen van deze les
Je kan aanpassingen van dieren aan hun omgeving noemen met betrekking tot beweging
Je kan aanpassingen van dieren aan hun omgeving noemen met betrekking tot voeding

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leefomgeving
Aangepast aan leven in water:
- Kieuwen om te ademen
- Vinnen om vooruit te bewegen in het water


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voortbewegen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke dieren zijn zoolgangers?
A
Mens en kameel
B
Mens en beer
C
Kameel
D
Geen van allen

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De egel uit de
afbeelding is een
zoolganger.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de giraffe een zoolganger, een teenganger of een topganger?
A
Zoolganger
B
Teenganger
C
Topganger

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is de hond een zoolganger, een teenganger of een topganger?
A
Zoolganger
B
Topganger
C
Teenganger

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een vogel met een priemsnavel eet:
A
zaden
B
insecten
C
kleine plantjes diertjes die in het water leven
D
bodemdiertjes

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

haaksnavel
zeefsnavel
Priemsnavel
Kegelsnavel

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Alle dieren die in het water leven hebben een gestroomlijnde lichaamsvorm.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een zebra is een zoolganger
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor soort snavel
heeft deze vogel?
A
Priemsnavel
B
Zeefsnavel
C
Haaksnavel
D
Kegelsnavel

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plaats het voedsel bij de juiste snavel.
haak snavel
pincetsnavel
priemsnavel
kegelsnavel
scheefsnavel
insecten en larven uit boombast
insecten en kleine zaden
zaden
en bessen
waterplanten en -dieren
vlees

Slide 18 - Sleepvraag

Sleepvraag
Vraag: Hebben jullie goed op de video gelet? Welk voedsel hoort bij welke snavel?
Doe: Sleep het voedsel naar de juiste snavel. 

Vraag: Waarom heeft iedere vogel een andere snavel?
Antwoord: Iedere soort vogel eet andere dingen. De snavels zijn zo gebouwd dat ze het voedsel dat de vogel eet makkelijk kunnen vastpakken, vangen, plukken of oprapen
Hoe heet deze snavel?
A
priemsnavel
B
kegelsnavel
C
pincetsnavel

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is een geit een Topganger, teenganger of een topganger?
A
Topganger
B
Teenganger
C
Zoolganger

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke snavel zie je?
A
Kegelsnavel
B
Pincetsnavel
C
Priemsnavel
D
Zeefsnavel

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor snavel zou dit dier hebben?
A
pincetsnavel
B
haaksnavel
C
kegelsnavel
D
zeefsnavel

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
Maken: Bs 5: 1 t/m 8

klaar: biologiepagina.nl
timer
5:00

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies