Werkwoorden en werkwoordsvormen

Nederlands
Grammatica 

Mevrouw van Wifferen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands
Grammatica 

Mevrouw van Wifferen

Slide 1 - Tekstslide

Nederlands werkwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we deze les leren?

  • Werkwoorden herkennen

  • Verschillende werkwoordsvormen herkennen in een zin

Slide 4 - Tekstslide

Werkwoorden

Slide 5 - Woordweb

Werkwoorden
Werkwoorden komen in elke zin voor. 
Werkwoorden maken duidelijk wat er gebeurt of wat iemand doet.

Voorbeeld
Bas eet een heerlijke pizza.

Slide 6 - Tekstslide

Onze poes vecht altijd met de rode kater van de buren.

Slide 7 - Open vraag

Jazzie eet haar eten op

Slide 8 - Open vraag

De politie geeft de fietser een boete.

Slide 9 - Open vraag

In de dierentuin verzorgt elke dierenverzorger zijn eigen dieren.

Slide 10 - Open vraag

Tijdens de vakantie ontmoette Emma een leuke vriendin.

Slide 11 - Open vraag

Heel werkwoord

Werkwoordsvorm die in het woordenboek staat.

Slide 12 - Tekstslide

Ik loop naar huis.
A
ik
B
loop
C
naar
D
huis

Slide 13 - Quizvraag

Ik ben verdrietig
A
ik
B
ben
C
verdrietig

Slide 14 - Quizvraag

Ik heb een cadeau gekregen.
A
Ik
B
heb
C
een cadeau
D
gekregen

Slide 15 - Quizvraag

Wij gaan in de pauze naar de kantine
A
gaan
B
in de pauze
C
naar
D
de kantine

Slide 16 - Quizvraag