Creatief schrijven: dichten

Project bloemlezing
Vandaag beginnen we met het gedicht.
Ga rustig zitten, ik leg het jullie zo uit!

1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Project bloemlezing
Vandaag beginnen we met het gedicht.
Ga rustig zitten, ik leg het jullie zo uit!

Slide 1 - Tekstslide

Bloemlezing

Slide 2 - Tekstslide

Doel
Je gaat de komende 3 lessen, de laatste les van de week een bloemlezing maken.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een bloemlezing?
  • Een bloemlezing is een verzameling van jouw beste werk op het gebied van dichten en creatief schrijven
 

Slide 4 - Tekstslide

Wat komt erin de bloemlezing?
  • Een gedicht
  • 1 creatief verhaal
  • Krijg je hier een cijfer op? Ja
 

Slide 5 - Tekstslide

Ik hou van Holland - gedicht

Slide 6 - Tekstslide

Wat is volgens jou typisch Nederlands? Zijn er bepaalde woorden, gebruiksvoorwerpen
of namen die je waarschijnlijk nergens anders tegen zult komen?
Denk bijvoorbeeld aan stamppot. Een gerecht dat typisch Nederlands is.
We doen een aantal ingrediënten bij elkaar in de pan, koken het en stampen het tot een
eenpansgerecht, met of zonder worst en spekjes.

Wat is volgens jou typisch Nederlands? Zijn er bepaalde woorden, gebruiksvoorwerpen of namen die je waarschijnlijk nergens anders tegen zult komen?
 
Denk bijvoorbeeld aan stamppot. Een gerecht dat typisch Nederlands is. We doen een aantal ingrediënten bij elkaar in de pan, koken het en stampen het tot een eenpansgerecht, met of zonder worst en spekjes.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is volgens jou typisch Nederlands? Zijn er bepaalde woorden, gebruiksvoorwerpen
of namen die je waarschijnlijk nergens anders tegen zult komen?
Denk bijvoorbeeld aan stamppot. Een gerecht dat typisch Nederlands is.
We doen een aantal ingrediënten bij elkaar in de pan, koken het en stampen het tot een
eenpansgerecht, met of zonder worst en spekjes.

Wat is er volgens jou nog meer typisch
Nederlands? 

Bedenk samen  meer dingen, woorden, namen, gerechten, enzovoorts die volgens jullie bij onze bevolking, land en taal passen.
 
Noteer dit in je schrift.
timer
4:00

Slide 8 - Tekstslide

Wat is volgens jou typisch Nederlands? Zijn er bepaalde woorden, gebruiksvoorwerpen
of namen die je waarschijnlijk nergens anders tegen zult komen?
Denk bijvoorbeeld aan stamppot. Een gerecht dat typisch Nederlands is.
We doen een aantal ingrediënten bij elkaar in de pan, koken het en stampen het tot een
eenpansgerecht, met of zonder worst en spekjes.

Kies vervolgens zelf één woord uit. 

Stel je nu voor dat je in een land bent waar ze het woord dat jij hebt uitgekozen niet kennen. Om dit uit te leggen moet je een aantal kenmerken verzamelen. Wat is dat wat de ander niet kent? Waar bestaat het uit, wat betekent het of waarvoor gebruik je het?
 
Schrijf deze kenmerken op.

In het geval van ons voorbeeld van stamppot zou je moeten proberen om een Aziaat - die waarschijnlijk geen aardappel eet zoals wij dat doen - uit moeten leggen wat stamppot is en hoe je dit maakt. 
stopwatch
00:00

Slide 9 - Tekstslide

Wat is volgens jou typisch Nederlands? Zijn er bepaalde woorden, gebruiksvoorwerpen
of namen die je waarschijnlijk nergens anders tegen zult komen?
Denk bijvoorbeeld aan stamppot. Een gerecht dat typisch Nederlands is.
We doen een aantal ingrediënten bij elkaar in de pan, koken het en stampen het tot een
eenpansgerecht, met of zonder worst en spekjes.

Je schrijft aan de hand van de kenmerken die jij hebt genoemd een gedicht waaruit de lezer kan opmaken wat jij omschrijft, zonder dat je dit expliciet noemt.
 
Dit kun je doen door een situatie te omschrijven waarin het woord voorkomt dat jij hebt gekozen.
 
Schrijf bijvoorbeeld een recept voor stamppot, of schets een beeld van het diner waarbij stamppot gegeten wordt. 

*minimaal 10 zinnen
timer
15:00

Slide 10 - Tekstslide

Voordracht gedicht

Slide 11 - Tekstslide