hormonen in het voorplantingsstelsel

Hormonen in het voorplantingsstelsel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hormonen in het voorplantingsstelsel

Slide 1 - Tekstslide

Waar wordt het hormoon glucagon gemaakt?
A
Alvleesklier
B
Bijnierschors
C
Hypofyse
D
Schildklier

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de werking van het hormoon TSH?
A
Regelt het bloedglucosegehalte
B
Remt ontstekingsreacties af
C
Stimuleert schildklier om thyroxine te maken
D
Zorgt voor eicelrijping

Slide 3 - Quizvraag

Alvleesklier maakt insuline
Alvleesklier maakt glucagon

Slide 4 - Sleepvraag

Welke hormonen maakt de hypofyse?
A
oestrogeen & LH
B
FSH & LH
C
LH & progesteron
D
Oestrogeen & FSH

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het mannelijk geslachtshormoon?
A
oestrogeen
B
testosteron
C
allebei

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het vrouwelijk geslachtshormoon?
A
Progesteron
B
Testosteron
C
Adrenaline
D
Oestrogeen

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

In welke hormoonklier worden hormonen gemaakt die het mannelijk/vrouwelijk geslachtsorgaan beinvloeden
A
In de schildklier
B
In de alvleesklier
C
In de Hypofyse
D
In de eilandjes van langerhands

Slide 10 - Quizvraag


A
FSH
B
HCG
C
LH
D
Prolactine

Slide 11 - Quizvraag


A
FSH
B
LH
C
Oestrogeen
D
Progesteron

Slide 12 - Quizvraag



Ik vond deze les....
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Dit heb ik geleerd deze les :

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

FSH stimuleert de ontwikkeling en rijping van follikels in de eierstokken (ovaria).

FSH en LH stimuleren de follikels om oestrogenen te produceren.
Oestrogenen zijn vrouwelijke geslachtshormonen.

Oestrogenen zorgen voor de ontwikkeling van de secundaire geslachtskenmerken en maken het baarmoederslijmvlies dikker (klierrijker).


Dag 1-14 menstruatiecyclus

Slide 16 - Tekstslide

Wanneer oestrogenen concentratie in het bloed boven een drempelwaarde komen, dan is er een positieve terugkoppeling.

Dan snelle toename van LH (en FSH) door de hypofyse.

Daardoor ovulatie !



Dag 1-14 menstruatiecyclus

Slide 17 - Tekstslide

Na ovulatie blijft het gele lichaam achter.

Gele lichaam produceert nu oestrogenen en progesteron.
Progesteron stimuleert de groei en ontwikkeling van het baarmoederslijmvlies.

Oestrogenen en progesteron remmen de hypothalamus en de hypofyse = negatieve terugkoppeling




Dag 14-28 menstruatiecyclus

Slide 18 - Tekstslide

Eicel leeft maar 24 uur. Is er geen bevruchting (in de eileider) dan is er ook geen innestelling in het baarmoederslijmvlies en dus geen zwangerschap.

Bij uitblijven zwangerschap sterft het gele lichaam (10-14 dagen na ovulatie).

Als gele lichaam sterft, dan stopt de productie van progesteron.
Gevolg = menstruatie rond dag 28





Dag 14-28 menstruatiecyclus

Slide 19 - Tekstslide

Wanneer oestrogeen en progesteron daalt, dan valt de remming van hypothalamus en hypofyse weg.

Hypofyse maakt weer FSH en LH en dus weer rijping van de follikels.


Start nieuwe menstruatiecyclus





Dag 14-28 menstruatiecyclus

Slide 20 - Tekstslide