Hoofdstuk 4 paragraaf 3 De VS vanaf de Tweede Wereldoorlog

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

4.3. De VS vanaf de Tweede Wereldoorlog

• Je kan uitleggen hoe de Amerikaanse economie zich ontwikkelde vanaf de Tweede Wereldoorlog.

• Je kan uitleggen hoe een jongerencultuur ontstond.

• Je kan uitleggen hoe etnische diversiteit van invloed was op de samenleving.

• Je kan uitleggen hoe de economische crisis van de jaren 30 ten einde kwam.

• Je kan uitleggen waarom het einde van de oorlog niet leidde tot een nieuwe crisis.

• Je kan uitleggen hoe de babyboom de economie stimuleerde.

• Je kan uitleggen de komst van de auto de economie stimuleerde.

• Je kan uitleggen hoe de komst van de televisie de economie stimuleerde.

• Je kan uitleggen wat commerciële zenders zijn.

• Je kan uitleggen hoe een jongerencultuur ontstond.

• Je kan uitleggen wat amerikanisering is.

• Je kan uitleggen wat diversiteit is.

• Je kan uitleggen wat segregatie is.

• Je kan uitleggen hoe en je weet wanneer de rassendiscriminatie in de VS eindigde.

• Je kan uitleggen wat legitimiteit is.

Leg het verband uit tussen de Tweede Wereldoorlog en het einde van de Wereldcrisis van de jaren 30

De Amerikaanse Economie

De Tweede Wereldoorlog bracht een definitief einde van de economische wereldcrisis.

Oorzaak: Werkloosheid was verdwenen door oorlogsproductie en dienen in het leger. 

Noem 2 groepen van achtergestelde groepen in Amerika

De Amerikaanse economie

Door de oorlog waren er kansen voor 'mindere' groepen zoals: 

• Afro Amerikanen
• Vrouwen. 

Noem 3 oorzaken waarom de werkloosheid nog meer daalde na de Tweede Wereldoorlog

De Amerikaanse economie

In tegenstelling tot het einde van de Eerste Wereldoorlog leidde het einde van de Tweede niet tot massale werkloosheid doordat:

1. Amerikanen nu wel geld hadden en hier massaal producten meer kochten. 
2. Babyboom leidde tot een vraag naar producten voor kinderen. 
3. Auto was onmisbaar geworden. 
4. Nieuwe consumptiegoederen kwamen op de markt zoals de TV. 

Amerikaanse economie

In 1955 had 2/3 van de Amerikanen een TV. 

Bedrijven sprongen hierop in en kochten reclames in en/of sponseerde een tv-programma. 

Dit zorgde er weer voor dat nog meer producten verkocht worden. 

Wat de economische groei nog meer aanwakkerde. 

Jongerencultuur

Oorzaken jongerencultuur: 

1. Ouders verdiende genoeg waardoor jongeren niet een deel van hun loon moesten afstaan. 
2. Jongeren verdiende genoeg om zelf producten te komen. 

Noem 2 oorzaken van de jongerencultuur.

Jongerencultuur

Deze Amerikaanse cultuur sloeg ook over naar andere landen. 

Hierdoor amerikaniseerde veel landen in bijvoorbeeld Europa. 

Jongerencultuur

Na 1955 ging Europa ook massaal over op auto's en de TV. 

Hierdoor ontstond er ook een jongerencultuur in Nederland. 

Etnische diversiteit

Belangrijk verschil tussen Europa en Amerika was de Etnische Diversiteit. 

Blanke Amerikanen waren: 

1. In de meerderheid. 
2. Hoog inkomen. 
3. Hoge posities. 

Leg uit wat Etnische diversiteit is en noem daar ook 3 voorbeelden van.

Etnische diversiteit

Belangrijk verschil tussen Europa en Amerika was de Etnische Diversiteit. 

Gekleurde Amerikanen: 

1. Vaak arm. 
2. Vaak in dienst bij blanken. 
3. Minder inkomen. 

Etnische diversiteit

Na het afschaffen van de slavernij was de Amerikaanse bevolking gesegregeerd:

Blanken en zwarte Amerikanen mochten niet samen leven.  

Bijvoorbeeld: 

1. Andere scholen
2. Andere bussen
3. Parken
4. Ziekenhuizen. 

Leg uit wie Martin Luther King was.

Etnische diversiteit

Lange tijd ging de zwarte bevolking gebukt onder discriminatie. 

Maar van 1950 kwamen er bewegingen om voor meer burgerrechten voor zwarten. 

Bijvoorbeeld Martin Luther King. 

President Kennedy maakte in 1963 bekend dat hij rassendiscriminatie ging verbieden en in 1963 werd deze wet aangenomen.  Waardoor discriminerende wetten hun legaliteit verloren.  Alleen racisme is nog niet helemaal weg. 

In 1964 werd Kennedy vermoord en in 1968 Martin Luther King. 

Aan de slag: Huiswerk

• Maken paragraaf 4.3. 
• Leren leerdoelen 4.3.