Oefentoets thema 5 - waarneming

Waarneming, regeling en gedrag
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Waarneming, regeling en gedrag

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Herhalen met behulp van oefenvragen
Zelfstandig B3 lezen
Woordweb basisstof 3 maken
Zelfstandig werken aan opdracht 1 t/m 3 - B3

Slide 2 - Tekstslide

Oefentoets
Spieken mag natuurlijk niet, maar een spiekbriefje maken mag wel!

Je krijgt 5 min de tijd om zoveel mogelijk informatie op te schrijven over de bouw en werking van het gehoor. 

De volgende leerdoelen zullen worden getoetst: 
  • De delen van het oor  met hun functie.
  • De route die geluid aflegt in het oor



timer
5:00

Slide 3 - Tekstslide

Een zintuig is een orgaan dat impulsen opvangt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

De hoornlaag beschermt je huid tegen uitdroging.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Oefentoets thema 5
Basisstof 1 - Je omgeving waarnemen
Basisstof 2 - Voelen, ruiken en proeven

Slide 6 - Tekstslide

Een mens heeft meer typen reukzintuigcellen dan typen smaakzintuigcellen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Bloedvaten komen voor in de kiemlaag van de huid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Annette pakt haar pen op.
Zij voelt haar pen, doordat in de tastzintuigen impulsen ontstaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Als je minder eet dan nodig is, wordt er reservevoedsel (vet) gebruikt.
Waar zit dat vet in je lichaam?

A
In de hoornlaag
B
In de kiemlaag
C
In de lederhuid
D
In het onderhuidse bindweefsel

Slide 10 - Quizvraag

De hoornlaag bestaat uit dode cellen.
Deze cellen zijn ontstaan in de lederhuid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Henk neemt een tatoeage.
In welke laag van de huid moet de tatoeage aangebracht worden om te blijven zitten?
A
In de hoornlaag
B
In de kiemlaag
C
In de lederhuid
D
In het onderhuidse bindweefsel

Slide 12 - Quizvraag

John is bij een duik in het zwembad heel ongelukkig terechtgekomen. Daardoor is er een breuk in zijn ruggenmerg ontstaan, zodat dit geheel doormidden is.
Wat is het gevolg voor het deel van zijn lichaam beneden de breuk?

Slide 13 - Open vraag

Zet in de juiste volgorde.
1.
2.
3.
4.
Een impuls gaat naar de hersenen.
Een lage temperatuur bereikt de koudezintuigen.
Het meisje voelt dat het water koud is.
Koudezintuigen zetten prikkels om in impulsen

Slide 14 - Sleepvraag

Zintuigen
Prikkels
ogen
oren
neus
tong
huid
muziek luisteren
Parfum ruiken
vuurwerk kijken
deken voelen

Slide 15 - Sleepvraag

In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend.
Met welk nummer is een zweetklier aangegeven?

Slide 16 - Open vraag

Iemand heeft snel last van vet haar.
Welke stof wordt bij deze persoon veel geproduceerd door de hoofdhuid?

Slide 17 - Open vraag

Koppel het juiste begrip aan het juiste voorbeeld.
Geluid
Elektrisch signaaltje
Gehoorzenuw
Smaakknopje
Oor
Zenuw
Zintuig
Impuls
Prikkel
Zintuigcel

Slide 18 - Sleepvraag

In de afbeelding zie je een afbeelding van een Boxer en een Duitse Dog. Hoe goed een hond
kan ruiken, verschilt per ras.

Welke van deze twee hondenrassen kan beter ruiken, de boxer of de Duitse Dog? Leg je antwoord uit.

Slide 19 - Open vraag

Basisstof 3 - horen en zien
Leerdoelen:
5.3.6 Je kunt de delen van het oor benoemen met hun functie.
5.3.7 Je kunt de bouw en werking van het oog beschrijven.

Slide 20 - Tekstslide

Wat moet je doen?
Lees zelfstandig basisstof 3 (horen en zien) - blz. 99 t/m 102


timer
5:00

Slide 21 - Tekstslide

Horen en zien

Slide 22 - Woordweb

Basisstof 3 - horen en zien
Leerdoelen:
5.3.6 Je kunt de delen van het oor benoemen met hun functie.
5.3.7 Je kunt de bouw en werking van het oog beschrijven.

Slide 23 - Tekstslide

Wat moet je doen?
Maak opgave 1 t/m 3 (blz. 102 t/m 103)

Tijd: 10 minuten
Eerder klaar? maak opgave 5 en 7 (blz. 105-106)


timer
10:00

Slide 24 - Tekstslide

Wat is de functie van het trommelvlies?
A
geeft trilling door aan de hamer
B
geeft de trilling door aan het aambeeld
C
geeft de trilling door aan de stijgbeugel
D
geeft de trilling door aan het slakkenhuis

Slide 25 - Quizvraag

In de trommelholte bevinden zich drie gehoorbeentjes, wat zijn de drie gehoorbeentjes?
A
Hamer, stijgbeugel en evenwichtsorgaan
B
Stijgbeugel, aambeeld en evenwichtsorgaan
C
Hamer, aambeeld en slakkenhuis
D
Hamer, aambeeld en stijgbeugel

Slide 26 - Quizvraag

Welke delen van het oog kunnen het oog draaien?
A
de oogleden
B
de oogzenuw
C
de oogspieren
D
de lens

Slide 27 - Quizvraag

Wat is de gele vlek in het oog?
A
Deel van het netvlies waarmee je het scherpst zicht hebt.
B
Deel van het netvlies waarmee je het slechtst zicht hebt.

Slide 28 - Quizvraag

De blinde vlek heeft zintuigcellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quizvraag