3. Stromingen in de politiek. 6. De parlementaire democratie
1 / 35
Lesduur is: 80 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
1. politiek houdt zich bezig met...
A
... het nemen van beslissingen
B
... het maken van keuzes
C
... het besturen van het land
D
... hoe een land, provincie, gemeente bestuurd moet worden
Slide 5 - Quizvraag
2.Leg uit waarom Nederland een indirecte democratie is?
Slide 6 - Open vraag
Soms heeft de overheid niet voldoende geld.
3. Schrijf twee manieren op hoe de overheid dit probleem kan oplossen?
3. Schrijf twee manieren op hoe de overheid dit probleem kan oplossen?
Slide 7 - Open vraag
4. De overheid zorgt voor de zwakkeren is een ..... standpunt
A
Links
B
Rechts
Slide 8 - Quizvraag
5. Rechtse partijen zijn voor een...
A
... passieve overheid
B
... actieve overheid
Slide 9 - Quizvraag
6. Wanneer ben je een partij van het midden?
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Het doel van christen-democratie is:
A
Eerlijke verdeling van de inkomens
B
Respect voor het Woord van God
C
Bescherming van vrijheid voor mensen om te doen wat ze willen
Slide 14 - Quizvraag
De waarde gelijkwaardigheid hoort bij:
A
Liberalisme
B
Sociaal-democratie
C
Christen-democratie
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Waar staat trias politica voor?
Slide 18 - Open vraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Liberalisme staat voor...
A
... persoonlijke vrijheid
B
... christelijk geloof
C
... gelijkwaardigheid
D
... economische vrijheid
Slide 25 - Quizvraag
Christen-democratie komt vooral op voor...
A
... gezinnen met kinderen
B
... mensen met weinig geld
C
... werkende burgers
D
... een actieve overheid
Slide 26 - Quizvraag
Een doel van sociaal-democratie is?
A
Gelijkwaardigheid
B
Eerlijke verdeling van inkomens
C
Respect voor het Woord van God (de Bijbel)
D
Bedrijven zomin mogelijk belastingen opleggen
Slide 27 - Quizvraag
Wat hoort niet bij de trias politica?
A
parlement
B
ministers
C
rechters
D
verkiezingen
Slide 28 - Quizvraag
Parlementaire democratie heeft als gevolg dat...
A
... de koning de macht heeft om een kolencentrale te openen
B
... de Tweede Kamer toestemming geeft om een kolencentrale te sluiten
C
... een minister de macht heeft een kolencentrale te sluiten
D
... het volk door een referendum mag beslissen over het sluiten van een kolencentrale
Slide 29 - Quizvraag
Welke hoort er niet bij?
A
In Nederland zijn vrije verkiezingen
B
In Nederland mag je meedoen met verkiezingen vanaf 16 jaar
C
De verkiezingen in Nederland zijn geheim
D
Je mag aan anderen vertellen op welke partij je hebt gestemd
Slide 30 - Quizvraag
Schrijf 3 leerwinsten op
