versnelling en eenparig versnelde beweging

Deze les
  • huiswerk controle
  • begrip versnelling 
  • eenparig versnelde beweging 
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Deze les
  • huiswerk controle
  • begrip versnelling 
  • eenparig versnelde beweging 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Oppervlakte methode: verplaatsing bepalen

Slide 4 - Tekstslide

wat is de definitie van versnelling? met welke formule kun je versnelling berekenen?

Slide 5 - Open vraag

Formule versnelling
1
2
3

Slide 6 - Tekstslide

Hoe bepaal je versnelling uit een (v,t)-diagram?

Slide 7 - Open vraag

bepaal versnelling bij t=20 s en bepaal de gemiddelde waarde voor a.
Opgave 5


Opgave 6 









vt=(ΔtΔx)raaklijn
vt = 2,0 s=tetbxexb=4,32,65,251,0=2,5 ms1
at=(ΔtΔv)raaklijn
at = 20,0 s=tetbvevb=35001,25=0,036 ms2

Slide 8 - Tekstslide

Eenparige versnelde beweging
1
2
3
4
5

Slide 9 - Tekstslide

Eenparige versnelde beweging
1
2

Slide 10 - Tekstslide

Eenparig versnelde beweging
Elke seconde neemt de snelheid evenveel toe,

dus neemt de snelheid gelijkmatig toe.

De versnelling blijft dus elke seconde hetzelfde.

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je kan berekeningen maken aan eenparige versnelde bewegingen; 
  2. Je kan in v-t grafieken de versnelling en gemiddelde versnelling bepalen en berekenen;
  3. Je kan de tweede wet van Newton uitleggen en toepassen;
Lesindeling
0-5min: Start en Leswissel
5-15min: Voorbereiding en leerdoelencheck (huiswerkcontrole)
15-35min: Basisinstructie
35-55min: Voorbeelden oefenen
55-60min: Afsluitende opdracht

Slide 12 - Tekstslide

Hfd. 2 §1
Schets zonder getallen/schaal  het( v,t) en (s,t diagram) van een eenparig versnelde beweging.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

maak  van hfd. 2 
vraag 3

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

eenparige beweging
(zelfde snelheid)
eenparig versnelde beweging
(steeds sneller)

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de versnelling in het diagram?
A
2,67 m/s²
B
-2,67 m/s²
C
0 m/s²
D
Op basis van de gegevens niet te zeggen

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de versnelling in het diagram?
A
2,67 m/s^2
B
-2,67 m/s^2
C
0 m/s^2
D
Kan niet

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de afgelegde afstand in de eerste versnelling?
A
20 m
B
10 m
C
40 m
D
80 m

Slide 20 - Quizvraag

Er is sprake van een versnelling op het stuk
A
d
B
e
C
f
D
g

Slide 21 - Quizvraag

Hoe groot is de versnelling hier?
A
45 m/s^2
B
10 m/s^2
C
11 m/s^2
D
22 m/s^2

Slide 22 - Quizvraag

De eenheid van versnelling is...
A
N
B
m/s
C
kg
D
m/s²

Slide 23 - Quizvraag

Een motorrijder staat voor een verkeerslicht te wachten. Het verkeerlicht springt op groen. De motor trekt gedurende 5,0 seconde op met 2,5 m/s² (eenparig versnelde beweging). Bereken de afstand die de motorrijder heeft afgelegd in deze 5,0s. 

Slide 24 - Tekstslide

Uitwerking
formule voor gemiddelde versnelling kennen!

Slide 25 - Tekstslide

Uitwerking
formule voor gemiddelde versnelling kennen!

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Afsluiting
  • leren AB blz 3 t/m 7
  • leren AB opdr 8 t/m 10
  • maken opdr 4 t/m 9 in je schrift
  • Lezen DB 5.2

Slide 36 - Tekstslide