Periode 1-Week 2

English
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

English

Slide 1 - Tekstslide

To Do:

  • Planning
  • Reading test (baseline assessment)

Slide 2 - Tekstslide

Planning Periode 1
Instaptoets lezen & luisteren 
Instaptoets spelling & grammatica
Building Blocks B1- Unit 1 Taalblokken (Listening + Reading)
*SO Vocabulaire Unit 1.2 + Unit 1.4
*Luistertoets

! Vanaf 4 oktober starten we met Taalblokken.




Slide 3 - Tekstslide

Sports

Slide 4 - Tekstslide

What kind of sport do you do/play?

Slide 5 - Open vraag

Should people be encouraged more to take up sport?

Slide 6 - Open vraag

Which sports do you think are best for people who aren’t used to physical activity?

Slide 7 - Open vraag

England's Strangest Sport

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Reading Strategy: Skimming
Skimming: reading a text quickly to get the general idea.

First focus on: title ,subheadings, pictures, graphs etc.

No need to read every word. You may read a few words of every paragraph, perhaps the first and last sentences.


              .

Slide 10 - Tekstslide

Reading: Strange Sports
Go to the website: https://www.rulesofsport.com/weird-sports.html

Read the text and answer the following questions:

1. Which of the strange sports that are mentioned in the text would you like to try? Explain your answer briefly.
2. Which of the strange sports would you never try? Explain your answer briefly.

10 minutes


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Which of the strange sports that are mentioned in the text would you like to try? Explain your answer briefly

Slide 13 - Open vraag

Which of the strange sports would you never try? Explain your answer briefly.

Slide 14 - Open vraag

Schrijfvaardigheid
  • Inhoud
  • Woordenschat en woordgebruik
  • Grammatica
  • Coherentie
  • Spelling/Interpunctie

Slide 15 - Tekstslide

Spreekvaardigheid
  • Inhoud
  • Woordenschat en woordgebruik
  • Grammatica
  • Coherentie
  • Vloeiendheid
  • Uitspraak 

Slide 16 - Tekstslide

Informal

To start: Hi .....
                  Hey .......
                  Dear ........ (neutral)

To end:  Love
                 Kisses
                Yours
                CU
               All the best ( neutral)
              Best wishes ( neutral)
Formal

To start: Dear Sir/ Madam
                   Dear Mr .....
                   Dear Mrs/ Miss / Ms ........

To end: Yours faithfully
                 Yours sincerely
                 Kind regards ( neutral)
                 Best regards ( neutral)


Dear Tom Brown, > Dear Tom, or Dear Mr Brown, 

Slide 17 - Tekstslide

Word Order ( Active Voice)
Who - What - Where - When - Why

Deena ate breakfast.
Deena ate breakfast on the train.
Deena ate breakfast on the train this morning because she overslept.

I will tell you the story at school tomorrow because I don't have time now.

Emphasise the "when" : This morning ........

Slide 18 - Tekstslide

Spelling 
  • Always check your spelling!  
  • Capital letters
  • Phonetic spelling:              their - there - they're 
  • Possessive or plural:        country - countries  
                                                                               the  country's economy
                                                            cat   -  cats
                                                                         the cat's tail / its tail
                                                       

Slide 19 - Tekstslide

Punctuation
.          full stop / period          
,          comma                             
?         question mark             
!          exclamation mark      
:          colon
'         apostrophe
" "     quotation marks

Slide 20 - Tekstslide

Schrijfvaardigheid: opdracht 2
Je doet mee aan een e-mailproject met buitenlandse studenten. Je hebt contact met David in Engeland.
Jullie hebben al algemene informatie over jezelf uitgewisseld. Nu schrijven jullie over je vakantieplannen.

Schrijf de volgende e-mail aan David in het Engels. Vraag naar zijn vakantieplannen:
  •  Begin met een aanhef.
  • Vraag wat zijn leukste zomervakantie was.
  • Vraag in welk land die vakantie was.
  • Vertel in welk land jouw laatste vakantie was.
  • Vertel dat je die vakantie heel leuk vond.
  • Schrijf dat je zin hebt om weer op vakantie te gaan.
  • Sluit af.


Slide 21 - Tekstslide

Spreekvaardigheid: opdracht 1
Bereid onderstaande opdracht voor op papier:

Je vertelt aan een Engelse uitwisselingsstudent over een uitstapje dat je kortgeleden hebt gemaakt, zoals
een dagje pretpark, dierentuin, of een festival. Het mag echt waar zijn, maar je mag het ook verzinnen.
Je vertelt de volgende dingen in het Engels:

  • Wanneer je het uistapje gemaakt hebt.
  • Waar je heen bent geweest.
  • Met wie je er heen bent geweest.
  • Wat je daar gedaan hebt.
  • Wat je ervan vond.
  • Wat je er het leukste aan vond.

Praat maximaal 2 minuten

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide