Verpleeghuis en thuiszorg

Verpleeghuiszorg
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
VVTMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Verpleeghuiszorg

Slide 1 - Tekstslide

Onderdeel in de canvas module 

Slide 2 - Tekstslide

Verpleeghuis 

Slide 3 - Tekstslide

Bij een Verpleeghuis denk in aan...

Slide 4 - Woordweb

Welk type zorgvrager
kom je tegen in de Verpleeghuis ?

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Video

Verpleeghuiszorg
> Intramurale zorg (binnen de muren van de instelling) 
> Zorg vanuit een WLZ (verblijfs)indicatie
> Specialistische zorg
> 24-uurs zorg 

Slide 7 - Tekstslide

Verpleeghuis
 Mensen hebben 24 uurs zorg nodig:
  • Revalidatie: Herstellen van een ziekte of ongeval
  • Psychogeriatrie (PG): Ziekte zoals dementie
  • Somatiek: Lichamelijke aandoening
  • Niet meer voor zichzelf kunnen zorgen
 
  


Slide 8 - Tekstslide

Welke taken voert een Verzorgende of Verpleegkundige uit in een verpleeghuis?

Slide 9 - Open vraag

Taken Verzorgende / Verpleegkundige
Onder andere: 
- Directe zorgtaken
- Samenwerken met collega's en andere disciplines
- Zorgplannen opstellen bijhouden
- Observeren/signaleren
- Contact met naasten 

Slide 10 - Tekstslide

Kennen jullie een verpleeghuis in je eigen omgeving?

Slide 11 - Open vraag

Wie wonen er in een verpleeghuis?
A
Ouderen die zelfstandig kunnen wonen
B
Ouderen die 1 x per week hulp bij het douchen nodig hebben
C
Ouderen die geen mantelzorgers hebben
D
Ouderen die 24 uurs zorg nodig hebben

Slide 12 - Quizvraag

Welk antwoord hoort er bij een verpleeghuis?
A
24 uur zorg, behandeling en toezicht in een veilige omgeving
B
Een appartement dat in of direct naast een zorgcentrum is gebouwd

Slide 13 - Quizvraag

Hoe noem je de zorg die in een instelling gegeven wordt
A
Intramuraal
B
Extramuraal
C
Transmuraal
D
Ouderenzorg

Slide 14 - Quizvraag

wat is het verschil tussen een verpleeghuis en een wooncentra?
A
In een verpleeghuis wonen mensen met een intensieve zorgvraag
B
In het wooncentra is de zorg intensiever

Slide 15 - Quizvraag

Verpleeghuis en verzorgingshuis (wooncentra) 
Een verpleeghuis is bedoeld voor intensieve zorg of zware medische behandelingen.
 
Een verzorgingshuis (wooncentra) biedt uitgebreide zorg, ondersteuning en een beschutte woonomgeving, als men door ouderdom of ziekte niet meer zelfstandig kunt wonen, ook niet met hulp van naasten, mantelzorg of thuiszorg.

Slide 16 - Tekstslide

Wooncentra 

Slide 17 - Tekstslide

Wie wonen er in een wooncentra 
Een woonzorgcentrum (de nieuwe benaming voor een rusthuis) biedt permanente opvang en verzorging aan ouderen. 

Al wie 65 jaar of ouder is, kan terecht in een woonzorgcentrum. In de praktijk is een woonzorgcentrum in de eerste plaats bedoeld voor wie echt niet meer thuis kan wonen.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Thuiszorg 

Slide 20 - Tekstslide

Bij thuiszorg denk ik aan

Slide 21 - Woordweb

Welk type zorgvrager kom je tegen in de thuiszorg

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Video

Thuiszorg
> Alle zorg die thuis geboden wordt
> Extramurale zorg
> Wijkverpleging
> Eerstelijnszorg - Eerstelijnszorg is alle zorg die direct toegankelijk is voor de zorgvrager.

Slide 24 - Tekstslide

Werken als verzorgende / verpleegkundige  in de thuiszorg
- Zelfstandig werken
-Je bent "gast" bij de zorgvrager
- Uitvoeren van zorgtaken
- Zelfredzaamheid stimuleren
- Zorgplannen opstellen en bijhouden
- Observeren/signaleren
- Begeleiden van naasten


Slide 25 - Tekstslide

Wat valt onder de thuiszorg?
A
Wondzorg en ondersteunen bij het douchen
B
Stomazorg en aantrekken van steunkousen
C
Medicatie aanreiken en hulp bij wassen en aankleden
D
Begeleiden van iemand die stervende is en ondersteunen van de familie hierbij

Slide 26 - Quizvraag

Wie werken er in de thuiszorg
A
MBO verpleegkundige Verzorgende IG Helpende
B
Helpende en verzorgende IG
C
Alleen MBO en HBO verpleegkundigen
D
Helpende, verzorgende IG, MBO verpleegkundige, HBO verpleegkundige

Slide 27 - Quizvraag

Wat hoort niet tot de taken van de wijkverpleging?
A
hulp bij het wassen
B
huishoudelijke taken
C
hulp bij het innemen van medicatie
D
hulp bij financiën

Slide 28 - Quizvraag

Thuiszorg
A
Intramuraal
B
Extramuraal
C
Transmuraal
D
Semimuraal

Slide 29 - Quizvraag

Bij wie kun je thuiszorg aanvragen?
A
de huisarts
B
de zorgverzekering
C
de gemeente
D
dit hoef je niet aan te vragen

Slide 30 - Quizvraag

Waarom neemt de druk in de ouderen zorg steeds meer toe?

Slide 31 - Woordweb