Beroepsthema 2
1 / 28
Lesduur is: 50 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
wat is het voordeel van methodisch werken?
A
de kwaliteit van de zorg wordt beter
B
he hebt elkaars To Do lijst
C
Dit moet van de WGBO
D
ik weet het niet
Slide 3 - Quizvraag
Het zorgleefplan bestaat uit 4 domeinen
A
Waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Welk domein staat NIET in het zorgleefplan?
A
Lichamelijk welbevinden
B
Participatie
C
Ziektebeeld
D
woon/leef omstandigheden
Slide 5 - Quizvraag
Om informatie over de zorgvrager te krijgen, kan je verschillende bronnen gebruiken, Welke?
Slide 6 - Open vraag
Bij het monitoren van het plan bespreek je de observaties met alle betrokken zorgprofessionals.
A
Waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
De afkorting SOAP staat voor
A
Snel, objectief, analyse, personeel
B
samen, observatie, aanpak, plan
C
Subjectief, objectief, analyse, plan
D
Subjectief, oordeel, aanpak, planning
Slide 8 - Quizvraag
Persoonsgegevens zijn gegevens die uniek zijn voor één persoon, geef een voorbeeld
Slide 9 - Open vraag
Wat zijn directe persoonsgegevens?
A
haarkleur
B
IP adres van je computer
C
afkomst
D
Adres
Slide 10 - Quizvraag
observaties: dit zijn de dingen die je waarneemt tijdens je contact met de zorgvrager.
A
Waar
B
niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Een waarneming kan iets zijn wat je.... (let op meerdere antwoorden mogelijk)
A
Hoort van de cliënt
B
Ruikt in de omgeving
C
vindt van de ander
D
gehoord hebt van de buurman
Slide 12 - Quizvraag
Een manier om gegevens over de zorgvrager te verzamelen is signaleren.
A
Waar
B
niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Het lichamelijke gebied noemen we ook wel het somatische gebied, wat verwerk je hier NIET
A
de algemene indruk die je van de zorgvrager hebt
B
de stemming van de zorgvrager
C
hoe het gaat met de huid van de zorgvrager
D
hoe goed de zorgvrager nog kan bewegen
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Wat is het eerste wat je doet wanneer je een kamer van de zorgvrager binnenkomt?
Slide 16 - Open vraag
Waar kun je vinden hoe iemand gewassen wordt?
A
telefoonboek
B
Zorgplan
C
observatie van de familie
D
dit staat nergens, dit overleg je altijd met de zorgvrager
Slide 17 - Quizvraag
Hoe hoog zet je het bed als je een zorgvrager op bed gaat wassen?
Slide 18 - Open vraag
Hoeveel waskommen gebruik je?
A
1
B
2
C
3
D
geen, ik gebruik was doekjes
Slide 19 - Quizvraag
wat is de juiste volgorde bij persoonlijke verzorging?
A
Genitaliën, onderlichaam, bovenlichaam
B
Onderlichaam, bovenlichaam, genitaliën
C
Bovenlichaam, onderlichaam, genitaliën
D
Dat maakt niet uit als je maar hygiënisch werkt
Slide 20 - Quizvraag
Hoe ontstaat decubitus?
A
operatie
B
slechte doorbloeding
C
door trekkrachten
D
Weinig beweging
Slide 21 - Quizvraag
Micro-organismen kunnen ongevoelig zijn voor anti-biotocia
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quizvraag
Wat is de huid?
A
Weefsel
B
orgaanstelsel
C
cellen
D
orgaan
Slide 23 - Quizvraag
wat is de functie van de huid?
A
Het aanmaken van vitamine B
B
Functioneren als opslagplaats
C
Functioneren als gevoelsorgaan
D
Bescherming bieden
Slide 24 - Quizvraag
De meeste verzorgende handelingen bestaan uit verschillende stappen. zet in de goede volgorde.
1
2
3
verzamelen van de benodigdheden
voorbereiden
voer de handeling uit
Slide 25 - Sleepvraag
Als een zorgvrager halfzijdig (aan één kant) verlamd is, Hoe voer je de zorg uit?
Slide 26 - Open vraag
Wat vonden jullie van de lessen verpleegkundig proces?
😒🙁😐🙂😃
Slide 27 - Poll
Wat vonden jullie van de lessen Basiszorg?
😒🙁😐🙂😃
