In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 80 min
Onderdelen in deze les
Vandaag
- Wat weet je al van Nigeria?
- Korte herhaling
- Opdrachten maken
- Stukje documentaire
Slide 1 - Tekstslide
Zoek 4 weetjes op over Nigeria. Ieder weetje moet over een andere geografische dimensie gaan:
- Economisch: grondstoffen, werk, geld, (wereld)handel, etc. - Sociaal-cultureel: Hoe groepen mensen met elkaar omgaan, cultuur, religie, tradities, etc. - Politiek: rol van overheid, beslissingen die gemaakt worden, soort politiek, opstanden, oorlog, etc. - Fysisch: landschappen, klimaat, natuurrampen, etc. - Demografisch: bevolkingsaantallen: geboorte, migratie, leeftijdsgroepen, etc.
Slide 2 - Open vraag
Nigeria ligt natuurlijk in....
A
Azië
B
Europa
C
Zuid-Amerika
D
Afrika
Slide 3 - Quizvraag
In Nigeria wonen....miljoen mensen
A
25
B
165
C
215
D
406
Slide 4 - Quizvraag
In Nigeria worden veel talen gesproken: wat is de tweede taal die overal wordt gesproken?
A
Nederland
B
Frans
C
Engels
D
Duits
Slide 5 - Quizvraag
Wat is geen van de drie grootste godsdiensten in Nigeria?
A
Christendom
B
Islam
C
Natuurgodsdiensten
D
Boedhisme
Slide 6 - Quizvraag
Wat is het belangrijkste exportproduct van Nigeria?
A
Cacao
B
Rietsuiker
C
Aardolie
D
Rubber
Slide 7 - Quizvraag
Waar komt de naam 'Nigeria' vandaan?
A
Van de rivier de Niger
B
Van de bevolking (Nigerianen)
C
In de lokale taal betekent dit: 'aardolie'
D
Nigeria is frans voor Afrika
Slide 8 - Quizvraag
Dit hoofdstuk: Blader even mee met je boek
Tegenstellingen in Nigeria
Olie-industrie: vloek of zegen?
Bronnen: sterkten en zwakten van Nigeria
Kansen en bedreigingen voor Nigeria
Slide 9 - Tekstslide
Kleine herhaling van vorig jaar...
Eerst vragen om te kijken of je dat nog snapt...
Slide 10 - Tekstslide
Als je van het noorden van Nigeria naar het zuiden reist, dan:
A
Kom je dichter bij de evenaar
B
Ga je verder van de evenaar af
C
Ga je verder van de capuchon van Felix af
Slide 11 - Quizvraag
Als je van het noorden van Nigeria naar het zuiden reist, dan:
A
is er minder kans op neerslag
B
is er meer kans op neerslag
Slide 12 - Quizvraag
Waarom is het op en rond de evenaar zo warm?
1
De zon schijnt loodrecht op het aardoppervlak
2
De zonnestralen leggen een kortere afstand af door de dampkring