Unit 1

WORDS
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

WORDS

Slide 1 - Tekstslide

Kies het woord dat in de zin past.

Slide 2 - Tekstslide

I want to enrich/encourage/join you to take Amanda seriously.

Slide 3 - Open vraag

Clair thinks that barking dogs are annoying/handsome/silk.

Slide 4 - Open vraag

Can you show me to the former/laid-back/nearest supermarket?

Slide 5 - Open vraag

I at least/mainly/originally go out on Friday evenings.

Slide 6 - Open vraag

Please dial/get to know/join this number for more information.

Slide 7 - Open vraag

Tell me, how is distance/everything/relief?

Slide 8 - Open vraag

Vertaal de woorden in het Nederlands.

Slide 9 - Tekstslide

get in touch

Slide 10 - Open vraag

make a fool of yourself

Slide 11 - Open vraag

anniversary

Slide 12 - Open vraag

collector

Slide 13 - Open vraag

attitude

Slide 14 - Open vraag

customer

Slide 15 - Open vraag

Vertaal de woorden tussen haakjes in het Engels.

Slide 16 - Tekstslide

Have you ___ (ontmoet) our new classmate, yet?

Slide 17 - Open vraag

Steven likes to ___ (tekenen) and play football.

Slide 18 - Open vraag

Patrick told me he has a ___ (passie) for music.

Slide 19 - Open vraag

Maybe we could all ___ (uitgaan) together sometimes.

Slide 20 - Open vraag

I don't think I can stay ___ (wakker) much longer.

Slide 21 - Open vraag

I don't like Megan's restaurant. It's too ___ (lawaaierig).

Slide 22 - Open vraag

Grammatica

Slide 23 - Tekstslide

Will/Shall + to be going to

Slide 24 - Tekstslide

Shall / will  / be going to
Deze 3 gebruik je als je iets over de toekomst wilt vertellen.
Na shall  / will en am/is/are going to komt het hele ww.

Voorbeeld:
I am going to train tonight.
I will go to bed early tonight.

Slide 25 - Tekstslide

Will/shall + infinitive

Dingen die niet gepland zijn. Beloftes, voorspellingen zonder bewijs, spontane beslissingen. 

We will give it back tomorrow.

Mum thinks it will rain, I'm not sure though.

I think I will go to the cinema!
To be going to + infinitive

Als iemand van plan is om iets te gaan doen. Plannen of voorspellingen met bewijs. 

We agreed that we are going to go to the cinema.

Look at those dark clouds! I think it is going to rain.

Slide 26 - Tekstslide

Kies de juiste vorm

Slide 27 - Tekstslide

Kim is/are going to buy new tennis shoes.

Slide 28 - Open vraag

This ticket will/is going to cost five pounds.

Slide 29 - Open vraag

Alex and Chris will never/are nevver going to forget this day.

Slide 30 - Open vraag

She will/is call you when she gets the news.

Slide 31 - Open vraag

Will/Shall we get our mountainbikes?

Slide 32 - Open vraag

We will/are going to buy mountain bikes this afternoon.

Slide 33 - Open vraag

I'm not going to/won't ask any questions.

Slide 34 - Open vraag

Over het verleden

Slide 35 - Tekstslide

Regelmatige werkwoorden
  • Als je iets over het verleden wilt zeggen, zet je meestal -(e)d achter het werkwoord. 
  • Als een werkwoord eindigt op een medeklinker + -y, dan verander je eerst -y in -i. Daarna zet je er -ed achter. 

Slide 36 - Tekstslide

Onregelmatige werkwoorden
  • Bij onregelmatige werkwoorden zet je geen -(e)d achter het werkwoord. 
  • Deze woorden staan altijd in rijtje van drie.
  • Het tweede woord van zo'n rijtje gebruik je om iets te zeggen over het verleden. 

Slide 37 - Tekstslide

Vul de juiste vorm van het werkwoord in.

Slide 38 - Tekstslide

Sylvia ___ (hope) that we could help her.

Slide 39 - Open vraag

Arsenal ___ (play) against Ajax in 2014.

Slide 40 - Open vraag

Cliff ___ (buy) a present for June last week.

Slide 41 - Open vraag

Milly ___ (write) about cars in her blog in February.

Slide 42 - Open vraag

My friend Josh ___ (book) tickets a month ago.

Slide 43 - Open vraag

I ___ (go) to the fashion show on Saturday.

Slide 44 - Open vraag

You ___ (be) very happy with your new laptop yesterday.

Slide 45 - Open vraag

Brad ___ (get) a lot of money last year.

Slide 46 - Open vraag

We ___ (arrive) to the bus stop at seven o'clock this morning.

Slide 47 - Open vraag