gedoogbeleid
1 / 15
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Wat is het gedoogbeleid?
A
Softdrugs worden toegestaan
B
Harddrugs zijn streng verboden
C
Beleid om woonwijken te verbeteren
D
Beleid over hoeveel gevangenen er in 1 cel mogen
Slide 4 - Quizvraag
Wat valt er onder het gedoogbeleid?
A
Prostitutie
B
Harddrugs
C
Softdrugs
D
Stelen
Slide 5 - Quizvraag
Onder welke voorwaarden mogen softdrugs volgens het gedoogbeleid worden verkocht?
A
Zonder enige beperking.
B
Alleen aan personen onder de 18 jaar.
C
Alleen in bepaalde coffeeshops.
D
Alleen op speciale evenementen.
Slide 6 - Quizvraag
Wat is de betekenis van het woord ‘gedogen’?
A
Sympathie voor iemand hebben
B
Niet vervolgen van een strafbaar feit
C
Dagen achter elkaar stoned zijn
D
Liegen over drugsgebruik
Slide 7 - Quizvraag
Strafbaar of niet strafbaar?
Mees (15 jaar) blowt ’s avonds heel veel achter de computer.
Mees (15 jaar) blowt ’s avonds heel veel achter de computer.
A
Strafbaar
B
Niet strafbaar
Slide 8 - Quizvraag
Strafbaar of niet strafbaar?
Rick (23 jaar) dealt hennep bij hem thuis.
Rick (23 jaar) dealt hennep bij hem thuis.
A
Strafbaar
B
Niet strafbaar
Slide 9 - Quizvraag
Strafbaar of niet strafbaar?
Angelique (18 jaar) koopt wekelijks bij de coffeeshop twee jointjes.
Angelique (18 jaar) koopt wekelijks bij de coffeeshop twee jointjes.
A
Strafbaar
B
Niet strafbaar
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Video
Wat is, volgens Zondag met Lubach, het probleem van de nieuwe Opiumwet?
A
Het gedoogbeleid wordt ingewikkelder
B
Het gedoogbeleid wordt opgeheven
C
Criminelen gaan ook shoppen bij de Intratuin
D
Niemand wil meer softdrugs produceren
Slide 12 - Quizvraag
In welk land werd medicinale wiet voor het eerst gelegaliseerd?
A
De Verenigde Staten
B
Nederland
C
Uruguay
D
Canada
Slide 13 - Quizvraag
In welk land werd wiet voor het eerst helemaal gelegaliseerd?
A
De Verenigde Staten
B
Nederland
C
Uruguay
D
Canada
