De Conjunctivus Praesens en Imperfectum in de Latijnse Taal

Nu 'aan de beurt': conjunctivus praesens in de HZ en conjunctivus imperfectum in de BZ
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nu 'aan de beurt': conjunctivus praesens in de HZ en conjunctivus imperfectum in de BZ

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalen leerdoelen conjunctivus:
- je weet hoe je een conj. praes. in de HZ kunt herkennen
- je weet  welke mogelijkheden er zijn om een conj. praesens in de hoofdzin te vertalen
- je weet  hoe je een conjunctivus imperfectum in de bijzin kunt herkennen
- je weet welke betekenis de voegwoorden 'ut' en 'cum'  in de bijzin kunnen hebben.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer de leerdoelen en geef aan wat de studenten aan het einde van de les zullen kunnen.
Wat weet je nog over de conjunctivus in de hoofdzin?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

conjunctivus HZ
- kenletter in de werkwoordsvorm is de letter -a => senti-a-tis
- bij a-stammen: stamklinker -a wordt -e => laudat wordt laudet 

Andere voorbeelden:
terreat, mittam, audiamus
vocetis, roges

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

conj. imperfectum in de bijzin
- herkenbaar aan aanwezigheid infinitivus in persoonsvorm
- achter hele werkwoord volgt persoonsuitgang

Voorbeelden:
ridere-nt
pugnare-mus
fugere-tis

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voegwoorden 'ut' en 'cum'
'ut' wordt gebruikt om een doel of resultaat uit te drukken;
- betekenis bij doel =  opdat, om .. te
- betekenis bij resultaat/gevolg = zodat

'cum' wordt gebruikt om uit te drukken: 1. tijd = toen
2. redengevend = omdat
3. tegenstelling met voorafgaande = hoewel 

Slide 6 - Tekstslide

Beschrijf de voegwoorden ut en cum en wanneer ze worden gebruikt.
Hoe herken je een conj. imperfectum in de bijzin?
A
aanwezigheid infinitivus in persoonsvorm
B
persoonsuitgang voor infinitivus
C
géén persoonsuitgang na infinitivus
D
aanwezigheid deel infinitivus in persoonsvorm

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Let op: wat is geen betekenis van 'cum'?
A
hoewel
B
opdat
C
toen
D
omdat

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de betekenis van 'ut'? Meerdere antwoorden zijn mogelijk
A
om ... te
B
toen
C
opdat
D
omdat

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de conjunctivus praesens van
'imperamus' (= wij bevelen)
A
imperimus
B
imperemus
C
imperamus
D
er is geen conj. van dit werkwoord

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de conjunctivus praesens van
'fundis' (= jij giet)
A
fundes
B
fundas
C
funderis
D
-

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de conjunctivus imperfectum van
'fundis' (= jij giet)
A
funderis
B
funderes
C
funderas
D
-

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de conjunctivus imperfectum van 'valetis' (= jullie zijn gezond)
A
valeretis
B
valeritis
C
valeratis
D
-

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Domitianus haat zijn broer Titus​

Domitianus, imperatoris Vespasiani filius, fratrem maioris aetatis habebat,​ ut post patris mortem princeps nondum esset.

Domitianus, de zoon van keizer Vespasianus, had een broer van grotere / oudere leeftijd, ​zodat hij na de dood van zijn vader nog geen keizer was. ​


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tunc propter invidiam maximam sanus mentis non iam esset. ​

Ipse imperator esse cupiebat!

Toen was hij wegens zeer grote afgunst niet meer gezond van geest. ​Zélf begeerde hij keizer te zijn!​

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ergo in animo habebat, ut maiorem pecuniam quam frater militibus in urbe donaret. ​

Sed postremo ausus non est. ​

Dus was hij van plan, om meer geld dan zijn broer te schenken aan de soldaten in de stad. ​
Maar tenslotte durfde hij niet. ​

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tito regnante Domitianus semper querebatur fratres ambo regnare oportere. ​

Post duos annos autem morbo affectus princeps mortuus est. ​

Terwijl Titus regeerde, klaagde Domitianus altijd dat beide broers behoorden te regeren. ​
Maar na twee jaar stierf de keizer, getroffen door een ziekte. ​

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek uit regel 1 - 5 een conjunctivus

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noteer uit regel 5 - 8 een deponens

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noteer de ablabs uit regel 7

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

huiswerk woe 29 maart:
afvertalen tekst Extra vanaf regel 9 Domitianus .. 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 22 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.