Tips en tricks writing

Writing
period 4

tips & tricks


Hedwig van de Ruit
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 2,3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Writing
period 4

tips & tricks


Hedwig van de Ruit

Slide 1 - Tekstslide

Hey Joke,
bij deze de PP voor deze les. Je kunt de les starten door naar "geef les (rode knop)" te gaan. de studenten loggen in en zien jouw PowerPoint. Zij kunnen zo direct meedoen met de quizvragen in deze PP. Als jij een slide doorzet, gebeurt dit bij hen ook. Jij hebt dus de regie, jij bepaalt. Hetzelfde voor de gekozen namen van de studenten, is de naam ongepast? Kick deze persoon dan uit de sessie en vraag opnieuw in te loggen;)
Lesson aims
After today's class, you will : 
  • know the most common mistakes in informal/formal emails
  • understand how to fill in an application form

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Examen schrijven
Datum: 
lokaal :
Tijd
woordenboek Nederlands-Engels ( zorgen wij voor!)
eigen pen (blauw/zwart) meenemen!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat denk jij dat er vaak fout wordt geschreven tijdens een examen?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaat hier mis?( 2 fouten)
I love hugging the trees when i was young.

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je de dagen van de week?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe schrijf je het getal 24?
A
twenty four
B
twentyfour
C
twenty-four

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer gebruik je een een hoofdletter i (I) in een zin?
A
Altijd
B
Alleen als de zin start met de i (I).
C
Dit hangt af van de zin en tijd.
D
niet wanneer je twee woorden samenvoegt zoals (i'd), rest altijd

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meer veel voorkomende fouten:

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

It goes quite good.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

During my holydays I work by a supermarket.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

the exams are allowed to continue.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I have read it on you're website.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

I would fit well in your team.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I have experience to work in an hotel.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I hope to hearing from you soon.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I hope I will get a reaction.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

I am going to follow a new study.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

It is a though year.
Schrijf als een correcte Engelse zin:

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Filling in details
Veel voorkomende woorden op Forms zijn:
  1. first name = voornaam
  2. surname or family name  = achternaam
  3. date of birth = geboorte datum
  4. job applied for= baan waarvoor je solliciteert
  5. capitals = hoofdletters
  6. please tick appropriate box = zet een vinkje in het juiste vakje
  7. N/A of n/a = not applicable of not available = niet toepasbaar of niet beschikbaar
  8. marital status = zeg of je single, married, in a civil partnership, divorced or separated bent
  9. for office use only = not to be filled in. This section is completed by the organisation
  10. next of kin = naaste familie leden
  11. title = mr/mrs/ms/miss
  12. postcode of zipcode = postal code
  13. nationality = nationaliteit
  14. Nederlands= Dutch

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Skills/ Work experience
  • Skills= vaardigheden
  • I am friendly, hard-working, trustworthy, a teamplayer, independent, proficient in ...., a people person, 
  • Work experience= werkervaring 
  • I am trained to...
  • I have experience with...
  • I am a trained...

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesson aims: recap
After today's class, you will : 
  • know the most common mistakes in informal/formal emails
  • understand how to fill in an application form

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit ticket: Name one thing you have learned this lesson:

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

That's all for today....
see you next week!

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies