palliatieve zorg gehandicaptenzorg

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is voor jou belangrijk
rondom dood en doodgaan?

Slide 2 - Woordweb

Wat versta je onder palliatieve zorg

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Palliatieve zorg
Palliatieve zorg is zorg voor mensen met een beperkte levensverwachting. In Nederland wordt palliatieve zorg gestart wanneer men niet verbaasd zou zijn als een persoon binnen een jaar overleden zou zijn. De zorg is gericht op kwaliteit van leven, zowel voor de persoon als voor zijn of haar familie.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat is er speciaal aan palliatieve zorg bij een verstandelijke beperking?
Palliatieve zorg voor mensen met een verstandelijke beperking is minder goed ontwikkeld dan de palliatieve zorg in de algemene bevolking. Veel kennis uit de palliatieve zorg voor mensen uit de algemene populatie is niet of niet geheel van toepassing op mensen met een verstandelijke beperking. 

Slide 7 - Tekstslide

vervolg
De beperkte levensverwachting kan komen door een ongeneeslijke ziekte (bijvoorbeeld vergevorderde kanker of hartziekte) of door ouderdom. De zorg richt zich op lichamelijk, psychologisch, sociaal en spiritueel welzijn. Palliatieve zorg ondersteunt mensen met een beperkte levensverwachting in het leven van hun eigen leven tot aan het overlijden. Er is ook ondersteuning voor naaste, zowel vóór als na overlijden.

Slide 8 - Tekstslide

Een aantal verschillen:

Mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak een stapeling van aandoeningen, waardoor ze ‘lijken’ op mensen uit de algemene bevolking die veel ouder zijn. O.a. slikproblemen, epilepsie, zintuigstoornissen, slaapproblemen, problemen aan het bewegingsapparaat en mobiliteitsverlies komen vaker voor.
 


Er zijn sterke vermoedens dat mensen met een verstandelijke beperking vaak afwijkend reageren op bepaalde medicatie ten opzichte van mensen in de algemene bevolking. Voor slaap- en pijnmedicatie zijn er bijvoorbeeld vaak andere doseringen nodig.

Slide 9 - Tekstslide

vervolg
Mensen met een verstandelijke beperking kunnen vaak niet zodanig communiceren dat ze gemakkelijk door anderen begrepen worden. Hierdoor is het vaststellen van het begin van de palliatieve zorgfase, het bepalen van zorgbehoeften en wensen, en ook het effect van behandelingen vaak bijzonder moeilijk.

Slide 10 - Tekstslide

vervolg
Het betrekken van mensen met een verstandelijke beperking bij belangrijke beslissingen in de zorg en/of het bespreken van wensen vraagt om specifieke vaardigheden van formele en informele zorgers. Methoden om het normale leven en/of het kenmerkend gedrag van een persoon met een verstandelijke beperking in kaart te brengen zijn nog maar weinig ontwikkeld.

Slide 11 - Tekstslide

vervolg
Zeker oudere mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak een minder goed ontwikkeld informeel netwerk dan mensen in de algemene bevolking. Goede signalering en ondersteuning vanuit het informele netwerk zijn daardoor minder vanzelfsprekend.
 

Slide 12 - Tekstslide

vervolg
Er zijn sterke vermoedens dat mensen met een verstandelijke beperking vaak afwijkend reageren op bepaalde medicatie ten opzichte van mensen in de algemene bevolking. Voor slaap- en pijnmedicatie zijn er bijvoorbeeld vaak andere doseringen nodig.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

soorten sterfstijlen
de sociale sterfstijl

Slide 19 - Tekstslide

de onbevangen sterfstijl

Slide 20 - Tekstslide

de rationele sterfstijl

Slide 21 - Tekstslide

de vertrouwende sterfstijl

Slide 22 - Tekstslide

de proactieve sterfstijl

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

tip en top

Slide 25 - Tekstslide

huiswerk zie its learning

Slide 26 - Tekstslide