4.2 Europa wordt christelijk

4.2 Europa wordt christelijk
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4.2 Europa wordt christelijk

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les:
  • Herhalingsvragen paragraaf 4.1
  • Lesdoelen paragraaf 4.2
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalingsvragen

  • Uit welke drie standen bestaat de standenmaatschappij?

  • Hoe wordt het systeem genoemd waarbij een leenheer grond in leen geeft aan zijn leenmannen?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalingsvragen

  • Wat was het voordeel voor een leenheer om zijn krijgsheren een stuk land in leen te geven?

  • Wat was het voordeel voor een leenheer om zijn krijgsheren een stuk land in leen te geven?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eed uit de achtste eeuw:

"Ik heb mij onder deze voorwaarden onder uw bescherming geplaatst: u geeft mij een stuk grond dat ik namens u mag besturen. Ik van mijn kant moet u, zolang ik leef en zoals het bij een vrij man hoort, met krijgsdienst dienen en gehoorzamen. "

Wie zou deze eed afgelegd kunnen hebben? Een geestelijke / een leenheer / leenman / vazal

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
In deze paragraaf leer je:

  • Op welke manier het christendom in Nederland werd verspreid 
  • Hoe heel Europa christelijk werd 
  • Hoe de christelijke en Germaanse culturen werden vermengd 
  • Waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Begrippen:
  • Missionarissen: iemand met de opdracht 
       (missie) om het christendom te verspreiden.
  • Heidenen: iemand waarvan wordt gezegd dat hij niet het   goede geloof heeft.
  • Bekeren: iemand over laten gaan naar een
       andere godsdienst. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.
2.
3.
4.
Willibrord bouwt een kerk in Utrecht en begint met het bekeren van de bewoners van Nederland.
Willibrord krijgt de opdracht van de paus om het christendom te verspreiden.
Engelse geestelijke onder leiding van Willibrord komen aan in Nederland.
De Franken bekeren zich tot het christendom.

Slide 8 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

1.
2.
3.
Het christendom was in 1000 in bijna heel Europa verspreid.
De Vikingen stopten met hun plundertochten.
Mensen gingen moord en diefstal zien als zonde.

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vervolg paragraaf

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je leven in dienst van God
  • Leven als kluizenaar
  • Binnen de muren van het klooster als monnik of non

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leven in een klooster
  • Leven afgescheiden van de samenleving
  • Mogen geen bezit hebben
  • Gehoorzamen aan de abt: het hoofd van het klooster
  • Monniken en nonnen



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leven in het klooster

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Taken in het klooster

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Onderdak bieden aan reizigers

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Verplegen van zieken

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Overschrijven van boeken

Slide 17 - Tekstslide

- Geestelijke konden als enige lezen en schrijven -> veel invloed in de samenleving.
4. Werken in de kloostertuin

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Lesgeven aan kinderen

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rijkdom van kloosters
  • Monniken en nonnen mochten zelf geen bezittingen hebben
  • Kloosters worden wel heel rijk door grote stukken grond die in leen zijn gegeven of geschonken zijn aan het klooster

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
  • Maken paragraaf 4.2 

  • Lees eerst het bijbehorende kopje
  • Lees de vraag goed door
  • Antwoord in een zin (hoofdletter en eindig met een punt)
  • Schrijf netjes 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rondvraag
  • Weet jij hoe je moet leren voor geschiedenis? 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
  • Maandag 13 maart paragraaf 4.2 af
  • Netjes!

Klaar? Herhaling 4.2 maken

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen - zet om in leervragen
In deze paragraaf leer je:

  • Op welke manier het christendom in Nederland werd verspreid 
  • Hoe heel Europa christelijk werd 
  • Hoe de christelijke en Germaanse culturen werden vermengd 
  • Waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving

Slide 24 - Tekstslide

- Check -> vraag even rond.