La ropa

La ropa
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

La ropa

Slide 1 - Tekstslide

Plan de hoy
- La ropa
Kledingstukken, kleding en nog meer kleding
Nodig schrift.

Aan het einde van de les ken je minimaal 5 kledingstukken.

Laatste 10 minuten: toets bespreken

Slide 2 - Tekstslide

Filmpje
Noteer de kledingstukken die je voorbij hoort/ziet komen. 

We kijken 2x

Slide 3 - Tekstslide

Welke kledingstukken kwamen voorbij?

Slide 4 - Woordweb

Het bijvoeglijk naamwoord
  1. Wat is een  bijvoeglijk naamwoord?
  2. Waar staat het bijvoeglijk naamwoord in de zin?
  3. Waar moet je op letten als je een bijv nw wil gebruiken

Slide 5 - Tekstslide

Bijvoeglijk naamwoord
-o
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
el chico guapo
la chica guapa
meervoud
los chicos guapos
las chicas guapas
-dor
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
el chico trabajador
la chica trabajadora
meervoud
los chicos trabajadores
las chicas trabajadoras
alle andere uitgangen
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
el coche azul 
la bicicleta azul
meervoud
los coches azules
las bicicletas azules

Slide 6 - Tekstslide

Verplaats de bijvoeglijk naamwoorden in de juiste zin aan de hand van de zelfstandignaamwoorden en/of lidwoorden.
Las montañas son _________________.

La ciudad de Nuevas York es _________________.

Los museos son _________________.
tranquilas
turística
grandes

Slide 7 - Sleepvraag

Verplaats de bijvoeglijk naamwoorden in de juiste zin aan de hand van de zelfstandignaamwoorden en/of lidwoorden. 
El mercado es _________________.

La escuela es _________________.

Los parques de atracciones son _________________.
importante
pequeño
modernos

Slide 8 - Sleepvraag

las
los 
la
el
camiseta
vestido
vaqueros
zapatillas
falda
abrigo
sandalias

Slide 9 - Sleepvraag

Ropa interior
Pantalones
Abrigo
zapatos
camiseta
sombrero
vaqueros
Pantalones cortos
camisa

Slide 10 - Sleepvraag

falda
pantalones
vestido
zapatos
camiseta
gorra
vaqueros
botas
camisa

Slide 11 - Sleepvraag

vaqueros
zapatillas
botas
calcetines
abrigo
falda
vestido
camiseta
zapatos de tacón

Slide 12 - Sleepvraag

Maak de zinnen compleet met de volgende woorden.
1. Siempre llevo unos __________________ azules,
2. Este______________rojo es muy moderno.
3. En la_____________________ me gusta llevar pantalos cortos.
4. No me gustan las __________________________ porque en las tiendas hay demasiada gente
5. En el supermercado compro siempre una_______________________ de moda. 
vaqueros
vestido
primavera
rebajas
revista

Slide 13 - Sleepvraag

chaqueta
pantalon
camiseta
jersey
verde
vaqueros
blanco

Slide 14 - Sleepvraag

Zoveel mogelijk
kledingstukken

Slide 15 - Woordweb