Herhaling H5

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

PTO3 

• Wat moet ik leren?  

• Bronnen goed doornemen
• Kernbegrippen Quizlet leren
• LessonUp presentaties herhalen
• Oefenen met vragen - mino SO
• Samenvattingen doornemen

Hoofdstuk 3 

§1, §2, §3

Hoofdstuk 5

§1, §2, §3

Hoofdstuk 6

§1, §2

8

Kernbegrippen proefwerk 3

Hoofdstuk 3	Hoofdstuk 5	Hoofdstuk 6
1. subtropisch maximum 2. stuwingsregens 3. loefzijde 4. lijzijde 5. platentektoniek 6. convergentie 7. subductie 8. plooiingsgebergte 9. convectiestroom 10. explosieve uitbarsting 11. effusieve uitbarsting	12. kolonie 13. lingua franca 14. sociale ongelijkheid 15. groene druk 16. moesson 17. aanlandige wind 18. aflandige wind 19. speciaal economische zone 20. multinationale onderneming 21. duale economie 22. outsourcing	23. pleistoceen 24. holoceen 25. glaciale periode 26. stuwwal 27. gletsjer 28. transgressie

https://quizlet.com/_b38hih?x=1jqt&i=1fo1jg

Hoofdstuk 5: India

Wat weet je nog?

Hoofdvragen

5.1: Welke grote culturele en sociale verschillen zijn er in India?

5.2: Hoe ontstaan moessonregens en wanneer vallen ze?

5.3: Welke economische veranderingen maakt India door en welke gevolgen heeft dat voor de bevolking?

§5.1: Kolonie

Brits- Indië leverde katoen, 

jute en thee aan moederland Verenigd Koninkrijk

India onafhankelijk in 1947: 

federatie met deelstaten

Hoe komt het dat veel Indiërs de Engelse taal goed spreken?

Het was een britse kolonie. 

§5.1 Talen

- verschillende talen

- belangrijkste taal: Hindi

- lingua franca: Engels

§5.1 Godsdienst

Grootste godsdienst: hindoeïsme. 

Kenmerken:

- meerdere goden 

- wedergeboorte

§5.1 Kastenstelsel

Samenleving delen in  sociale groepen. Jouw sociale groep bepaalt jouw beroep, met wie je mag trouwen, etc. 

Grote sociale ongelijkheid

1950: kastenstelsel afgeschaft

§5.1 Bevolking

Grote en groeiende bevolking:

- nu: 1,4 miljard inwoners

- hoge groene druk

- vruchtbaarheidscijfer neemt af, maar hoger dan in NL

- geboortecijfer daalt in de steden

§5.2: Moesson

Twee seizoenen: nat en droog

Grote verschillen in neerslag 

    

 

Hogedrukgebied

- dalende lucht wordt warmer

- warme lucht kan meer waterdamp bevatten

- bewolking lost op 

Lagedrukgebied 
- stijgende lucht wordt kouder

- koude lucht kan minder waterdamp bevatten

- condensatie vindt plaats

- wolken ontstaan 

Condensatie

§5.2 Moesson

In zomer op noordelijk halfrond:
Warme lucht stijgt op boven India (L)
De wind komt dan van de zee en brengt
regen mee. 

L

H

Zuidwestmoesson (regenseizoen)

aanlandige wind botst tegen bergen, wat voor regen is dat?

Stuwingsregen

Verandering van windrichting

Aanlandige of aflandige wind?

Aanlandige wind

Aflandige wind

Verandering windrichting

Van aanlandig naar aflandig;

Rode pijlen zijn moessons   

Waaien van H naar L, 

maar zodra ze de evenaar oversteken veranderen ze van richting.

Let op de wet van Buys Ballot, 

Noord afwijking rechts

Zuid afwijking links   

§5.3: Economie groeit!

• India is een opkomend land
  
  
• Grote verschillen in welvaart tussen mensen.
  Duale economie: een modern, ontwikkeld deel en een traditoneel, achtergebleven deel. 
  
  
• door SEZ werd India aantrekkelijk voor bedrijven uit bijvoorbeeld USA
  Veel outsourcing

SEZ

Speciaal Economische Zone = gebied waar buitenlandse bedrijven zich vrij mogen vestigen en weinig belasting betalen

§5.3: Globalisering

• Door globalisering is internationale handel en communicatie steeds meer gegroeid 
  
  
• In India zijn veel IT-bedrijven (dienstensector), omdat zij engels spreken en hoog zijn opgeleid. 

§5.3: Indiase migranten

• Migratie: op zoek naar beter betaalde banen en leefomstandigheden. 
• Braindrain: het wegtrekken van de hoogopgeleiden uit India naar rijkere, westerse landen.
• Remittances: geld terugsturen naar je familie.

Aan het werk

• Maak de mini SO's 
• Via LessonUp klas map PTO3 herhaling

Mini SO 5.1

R	2p	Geef een omschrijving van het begrip demografische druk?
T1	3p	Noteer de figuurnummers 1 en 2 onder elkaar op je blad. (1p) Kies uit: Duitsland – India; (2p) Verklaar je antwoord.
T2	3p	Gebruik de bron. In het Noorden van India wonen veel mensen. Geef hiervoor drie mogelijke verklaringen.
I	2p	Binnen India zijn de verschillen groot. (1p) Geef hiervoor een historische verklaring; (1p) Bedenk een gepaste oplossing voor dit probleem.

Houdt PTD aan

Mini SO 5.2

R	2p	(1p) Wat is een moesson? (1p) Hoe ontstaat dit?
T1	3p	Zijn de volgende uitspraken goed of fout? 1. De neerslag wordt onder andere bepaald door stijgingsregens. 2. De droge periode wordt veroorzaakt doordat het gebied in de regenschaduw ligt.
T2	3p	De moessons worden onvoorspelbaar. Beschrijf een nadelig gevolg hiervan voor het platteland en de steden.
I	2p	Leg aan de hand van een natuurlijke factor uit waarom er watertekorten ontstaan in Chennai. Leg daarbij ook uit waarom het bijzonder is dat het tekort zich in juli voordeed.

Houdt PTD aan

Mini SO 5.3

R	2p	India is een opkomend land. Wat wordt hiermee bedoeld?
T1	3p	(1p) Wat is tijd-ruimte compressie; (2p) Waarom heeft dit ervoor gezorgd dat India zich economisch snel heeft kunnen ontwikkelen.
T2	3p	India behoort tot de BRICS-MIT landen. (1p) Benoem de BRICS-MIT landen (2p) Geef twee voordelen die dat India heeft ten opzicht van de andere landen.
I	2p	India heeft een duale economie. (1p) Beschrijf wat dit inhoudt; (1p) Beschrijf waarom dit onwenselijk is.

Houdt PTD aan

Samenvatting 5.1

Samenvatting 5.2

Samenvatting 5.3

\