Uitscheiding, Sputum

Uitscheiding
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Uitscheiding

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen komende lessen
  • Je kent de manieren van uitscheiding en hoe het werkt

  • Je weet wat de normale uitscheiding is

  • Je kunt benoemen wat de afwijkingen zijn in de vormen van uitscheiding

  • Je weet welke hulpmiddelen we gebruiken in ons vak bij uitscheiding

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
  • Je kent de manieren van uitscheiding.

  • Je weet wat 'normaal' sputum is

  • Je kunt benoemen wat de afwijkingen zijn in sputum

  • Je weet welke hulpmiddelen we gebruiken.

  • Je weet het verschil tussen sputum en speeksel.

Slide 3 - Tekstslide

Welke vormen van uitscheiding hebben we?


Welke organen gebruiken we hierbij?

Slide 4 - Tekstslide

Uitscheiding

Slide 5 - Tekstslide

Hoe raakt je lichaam afvalstoffen kwijt?
Uitscheiding --> uitscheidingsorganen

Slide 6 - Tekstslide

Uitscheiding

Nieren: uitscheiding van urine met water, ureum en zouten

Lever: uitscheiding van gal met kleurstoffen

Longen: uitscheiding  van koolstofdioxide

Slide 7 - Tekstslide

Al aanwezige kennis testen

Slide 8 - Tekstslide

Sputum

Slide 9 - Tekstslide

Sputum observeren
  • Hoeveelheid, +/- 100 ml per dag
  • Kleur en consistentie
  • Geur, kan bij verschillende longziekten zeer onaangenaam zijn.

Slide 10 - Tekstslide

Rapportage van observatiegegevens
Opgeven van sputum en hoesten is altijd afwijkend,
Altijd rapporteren;
- de geschatte hoeveelheid, de kleur en consistentie 
- de 'wijze' van hoesten
- de eventuele benauwdheid.

Slide 11 - Tekstslide

Kleur en consistentie
Kleur en Consistentie
Oorzaak
Helder, vloeibaar en kleur/geurloos
Normaal sputum
Slijmerig, helder en draderig,
ontsteking van de bovenste luchtwegen
taai sputum
bronchitus en longontsteking
taai en oranjebruin
longontsteking
Etterig, groen en klonterig
flinke infectie
licht rood schuimend
longbloeding
spoortjes bloed
diverse longziekten, longcarcinoom

Slide 12 - Tekstslide

Sputumonderzoek
Een sputumkweek doen we om te onderzoeken of er bacteriën in de sputum zitten. Dit is zo bij een longontsteking. 

Door sputum 'op kweek' te zetten, kan er gekeken worden welke antibiotica  het beste kunt krijgen om de bacteriën te bestrijden

Slide 13 - Tekstslide

Speeksel

Slide 14 - Tekstslide

Speeksel
ieder heeft 6 grote en een wisselend aantal kleine speelselklieren




Normale productie is 1/2 tot 1 1/2 liter speeksel per dag

Slide 15 - Tekstslide

Overmatige speekselproductie

  •  overactieve speeksel klieren
  • spastische beperking, naast kauw- en slikproblemen. Kan 'kwijlen' tot gevolg hebben.
  • verminderde speekselafvoer
    - door verminderde spierwerking door ziekte (bij Parkinson)
    - door bijwerking medicijnen.
  • zure voedingsmiddelen verhogen speekselproductie
  • melkproducten geven verhoogde slijmvorming,

Slide 16 - Tekstslide

Verzorging bij overmatige speekselproductie
Bescherming van de kleding, soms hele dag,
Gebruik slab?
Alternatieven;
felle gekleurde slab, 'neutrale' knoeidoekje, bontgekleurd servet en bandana

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen speeksel en sputum?
A
Speeksel is opgehoest slijm uit de luchtwegen. Sputum ontstaat bij de klieren in de mond.
B
Speeksel ontstaat bij de klieren in de mond. Sputum is opgehoest slijm uit de luchtwegen.
C
Speeksel ontstaat bij de klieren in de hals. Sputum is opgehoest slijm uit de luchtwegen.

Slide 18 - Quizvraag

Wat is sputum?
A
slijm dat je op hoest uit de diepe luchtwegen
B
sputum is hetzelfde als speeksel.

Slide 19 - Quizvraag

Bij welke alarmsignalen van sputum moet je een arts inschakelen?
A
verandering van kleur
B
bloed en verandering van kleur
C
veel meer sputum produceren
D
bij A, B en C

Slide 20 - Quizvraag

Je cliënt kan sputum niet goed ophoesten, wat kan dit tot gevolg hebben?
A
Een ribbreuk
B
Een longontsteking
C
A en B

Slide 21 - Quizvraag

Wanneer kun je het beste een monster van sputum afnemen?
A
ochtend
B
middag
C
avond

Slide 22 - Quizvraag

Uit hoeveel lagen kan sputum bestaan?
A
1 laag
B
2 lagen
C
3 lagen

Slide 23 - Quizvraag

Wanneer kan er etter in sputum zitten?
A
Als iemand heel hard hoest
B
Als iemand een bacteriële ontsteking heeft
C
Als het slijm bijna op is

Slide 24 - Quizvraag

Bij sputum let je op de volgende dingen
A
Kleur en geur
B
Hoeveelheid
C
Frequentie
D
A, B en C

Slide 25 - Quizvraag

Als iemand COPD heeft, houdt hij de rest van zijn leven last van sputum
A
waar
B
niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Sputum wordt geproduceerd om schadelijke stoffen die in je longen zitten –zoals bacteriën en stofdeeltjes- eruit te krijgen.
A
waar
B
niet waar

Slide 27 - Quizvraag

Fluimucil helpt om het slijm op te lossen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Op welk moment kun je sputum het beste opvangen voor onderzoek?
A
voor het eten
B
na het eten

Slide 29 - Quizvraag

Sputum is altijd een symptoom van een lichamelijk probleem
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quizvraag

Aan de kleur van sputum kun je zien wat iemand mankeert.
A
Waar
B
niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Bij taai slijm kan de fysio soms ook helpen
A
Waar
B
niet waar

Slide 32 - Quizvraag

Normaal gesproken maken de speekselklieren gemiddeld een halve tot anderhalve liter speeksel per dag.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Speeksel reinigt de mondholte dankzij een antibacteriële en antivirale werking.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Speeksel wordt reflexmatig aangemaakt.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Stel leervragen op voor de volgende les 

Slide 36 - Tekstslide

Leerdoelen deze les
  • Je kent de manieren van uitscheiding.

  • Je weet wat 'normaal' sputum is

  • Je kunt benoemen wat de afwijkingen zijn in sputum

  • Je weet welke hulpmiddelen we gebruiken.

  • Je weet het verschil tussen sputum en speeksel.

Slide 37 - Tekstslide