Overleggen kader

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Overleggen 

Klas 1

Spreken en gesprekken

Wat gaan we vandaag doen?

• Terugblik vorige les
• Les doel
• Uitleg overleggen
• Samen oefenen
• Groepsopdracht
• Jeugdjournaal

Inleiding

• Kennismaken met het onderwerp.
• Meestal één alinea
• De schrijver wil je nieuwsgierig maken

Middenstuk

• Het grootste gedeelte van de tekst.
• Heeft meerdere alinea's.
• Elke alinea heeft een tussenkopje.

Slot

• Bestaat uit één alinea.
• Samenvatting (het belangrijkste wordt herhaald).
• Conclusie (eindoordeel).
• Advies geven, of oproep doen. 

Les doel

Je leert overleggen

Filmpje

Overleggen 

Als je met andere mensen samenwerkt, moet je overleggen. Je probeert dan samen te beslissen wie wat gaat doen en wanneer het af moet zijn. 

Zo overleg je met elkaar

• Luister goed naar elkaar. Laat elkaar uitspreken.
• Maak met elkaar een lijstje van taken die gedaan moeten worden. 
• Vertel één voor één wat je wilt doen. Vertel ook waarom je dat wilt (= een argument). 
• Argument: Je maakt je mening duidelijker.

Zo overleg je met elkaar

• Zorg ervoor dat iedereen ongeveer evenveel doet.

- Willen sommige hetzelfde doen? Kies met elkaar de meest geschikte persoon of trek lootjes.

- Is er een bepaalde taak die niemand wilt? Beslis met elkaar wie die taak gaat uitvoeren. Dit kan bijvoorbeeld iemand zijn die ook de leukste taak heeft.

• Schrijf de afspraken op. 
• Noteer wanneer de taken klaar moeten zijn. 

Opdracht 1

Overleggen

Oefenen met overleggen

In groepjes van 3 of 4 leerlingen maak je het werkblad over schoolfeest organiseren.

Klaar? Maak op de achterkant een plattegrond van het schoolfeest.

Opdracht maken

Maak samen op blz. 101 opdracht 1 en 3

Wat gaan we vandaag doen?

- Jeugdjournaal 

- Opdracht telefoongesprek

- Voorbereiden telefoongesprek

- Spel 

Maak de opdrachten in het boekje

Je mag overleggen met je buurman/buurvrouw

Vragen? Steek je vinger op.

Klaar? Lever je boekje bij mij in en ga iets voor jezelf doen.